Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019 om 20:00.

 

Aanwezig:

Gust Wouters - voorzitter

Clark Peeters, Christel Verdonck, Heidi Van der Weehe, Renée Goris, Katia Smits en Lucas Verbeeck - effectieve leden

Liesbeth Luyckx - secretaris

Verontschuldigd:

Gunter Michiels - effectief lid

Afwezig:

Erwin De Meyer - effectief lid

 

De zitting wordt om 20 uur geopend.

Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

Huishoudelijk reglement van de Gecoro - voorstel voor gemeenteraad - uitstel

 

Omschrijving:

het voorstel tot huishoudelijk reglement van de Gecoro

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis en feiten:

Op 18 maart 2019 keurde de gemeenteraad de samenstelling door de verschillende maatschappelijke geledingen van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (Gecoro) goed.

Op 24 juni 2019 keurde de gemeenteraad de leden van de Gecoro goed.

Op 24 juni 2019 keurde de gemeenteraad de benoeming van voorzitter en vaste secretaris van de Gecoro goed.

 

Juridisch kader:

artikel 1.3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening houdende de bepalingen van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening.

het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening

 

Bijkomende motivering:

Dit huishoudelijk reglement regelt de interne werking van de Gecoro.

 

Het huishoudelijk reglement wordt gebaseerd op het vorige reglement, met beperkte aanpassingen:

-          de keuze van de waarnemend voorzitter onder de aanwezige deskundige leden

-          de oproeping van de vergadering gebeurt bij voorkeur via e-mail

-          alle stukken worden als bijlage bij de uitnodiging gevoegd

-          de vergadering kan desgevallend te laat starten als er nog niet voldoende leden aanwezig zijn, maar wel op komst zijn

 

De vergadering vraagt verdere verduidelijking in verband met:

-          hoe wordt (op voorhand) vastgelegd wie stemgerechtigd is (effectieve vs. plaatsvervangende leden)

-          hoeveel stemmen zijn er nodig om rechtsgeldig te zijn

 

Het reglement zal worden aangepast aan de opmerkingen en volgende vergadering hernomen worden ter goedkeuring.

 

Besluit:

Art. 1:

De Gecoro beoogt het behoud, de verbetering en de uitwerking van een goede ruimtelijke ordening binnen de gemeente.

De Gecoro adviseert vanuit een gefundeerd ruimtelijk analytisch standpunt.

De adviezen van de Gecoro hebben steeds tot doel de kwaliteit van de ruimtelijke ordening binnen de gemeente te waarborgen.

De Gecoro dient de haar door het decreet opgedragen taken naar behoren uit te voeren.

 

Art. 2:

De voorzitter organiseert alle activiteiten van de commissie en de eventuele werkgroepen.

De voorzitter roept de Gecoro samen, opent, leidt en sluit de vergaderingen alsook voor ieder agendapunt de onderscheiden delen (voor zover van toepassing), namelijk de toelichting, de bespreking, de beraadslaging en de stemming.

In het geval dat de voorzitter de vergadering van de commissie of de werkgroepen niet zoals voorzien bijwoont, kan de vergadering een waarnemend voorzitter aanwijzen. De keuze van de waarnemend voorzitter moet bij voorkeur onder de aanwezige deskundigen gemaakt worden, en als dat niet mogelijk is onder de plaatsvervangende deskundigen.

 

Art. 3:

De secretaris bereidt de vergaderingen en activiteiten van de commissie en van de eventuele werkgroepen voor.

De secretaris adviseert daarbij tevens de voorzitter en verzamelt alle stukken die nodig zijn voor een optimale agenda, oproeping en vergadering.

De secretaris kan toelichtingen geven bij de agendapunten, deelnemen aan de besprekingen en de beraadslagingen, maar niet aan de stemmingen. De secretaris is wel aanwezig bij de stemmingen.

De secretaris kan zich laten bijstaan door een personeelslid van de gemeentelijke administratie die hij/zij zelf kan aanstellen.

De secretaris stelt de notulen van de vergaderingen op en draagt zorg voor het bijhouden ervan.

In het geval dat de secretaris de vergadering van de commissie of de werkgroepen niet zoals voorzien bijwoont, kan de vergadering een waarnemend secretaris aanwijzen. Het personeelslid van de gemeentelijke administratie dat de secretaris bijstaat, en vervolgens de aanwezige deskundigen en tenslotte de aanwezige plaatsvervangende deskundigen genieten de voorkeur voor de aanwijzing van de waarnemend secretaris.

 

Art. 4:

De Gecoro wordt bijeengeroepen door de voorzitter, in principe via de secretaris.

De oproeping tot een vergadering geschiedt schriftelijk, bij voorkeur per elektronische post, ten minste zeven kalenderdagen voor de zitting, maar kan op gemotiveerde vraag van de leden ook aan huis bij gewone brief.

De oproeping vermeldt de agenda, datum, uur en plaats van de zitting.

De agendapunten dienen voldoende duidelijk omschreven te zijn.

Het tijdstip van een vergadering wordt in principe telkens in een voorafgaande vergadering vastgesteld.

De oproeping, met bijvoeging van dezelfde stukken als aan de leden en de plaatsvervangende leden, wordt ook gestuurd aan de vertegenwoordiger van elke politieke fractie in de gemeenteraad, aan het college van burgemeester en schepenen en aan de eventueel uitgenodigde deskundigen.

Bij de oproeping wordt voor de leden en de plaatsvervangende leden van de commissie in principe het ontwerp van verslag van de vorige vergadering gevoegd.

De voorzitter kan beslissen een spoedeisende vergadering op korte termijn bijeen te roepen. De oproeping vermeldt de hoogdringendheid en de reden ervan.

Indien op het moment van de vergadering minimum twee derde van de commissieleden aanwezig is, en indien bij meerderheid de hoogdringendheid wordt bevestigd, dan kan geldig worden vergaderd en gestemd.

Van de Gecoro-leden wordt verwacht dat zij niet enkel aanwezig zijn op de vergaderingen, maar ook actief deelnemen aan de vergaderingen, beraadslagingen en het formuleren en motiveren van het uiteindelijke advies.

Voor de leden en de plaatsvervangende leden is, vanaf de dag van het versturen van de oproepingen, per punt van de agenda, het volledige bundel ter inzage.

De leden en de plaatsvervangende leden hebben recht op informatie van die stukken en documenten die verband houden met de bevoegdheid van de Gecoro, voor zover dit niet door andere wetgeving wordt verhinderd.

De leden, de plaatsvervangende leden, de vertegenwoordigers uit elke politieke fractie in de gemeenteraad en de uitgenodigde deskundigen zijn gehouden door de plicht tot discretie voor de punten die besproken worden in gesloten vergadering.

 

Art. 5:

De voorzitter stelt de agenda vast in samenspraak met de secretaris.

Indien een lid een punt op de agenda wenst te plaatsen, dan dient dit in de grootst mogelijke mate te gebeuren voor de oproeping tot de vergadering.

Indien een lid echter, na een oproeping te hebben ontvangen, toch nog bij hoogdringendheid een punt besproken wenst te zien in de aangekondigde vergadering, dan dient hij/zij dit op schriftelijk gemotiveerde basis kenbaar te maken aan de voorzitter en de secretaris, uiterlijk drie kalenderdagen voor de dag van de zitting.

 

Art. 6:

De vergaderingen hebben plaats volgens de aanwijzigingen vermeld in de oproeping.

De vergaderingen van de commissie kunnen openbaar gehouden worden indien staande de zitting over één of meerdere punten daartoe beslist wordt met minstens een twee derde meerderheid der zitting hebbende commissieleden (of met eenparigheid van stem).

De voorzitter kan na een vergadering de resultaten van het advies publiek maken.

Alvorens aan de vergadering deel te nemen tekenen de leden van de Gecoro de aanwezigheidslijst. De namen van de leden worden in de notulen vermeld.

Op de voor de vergadering vastgestelde dag en uur, en van zodra voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, verklaart de voorzitter de vergadering voor geopend.

Indien een kwartier na het vastgestelde uur nog steeds niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, kan de voorzitter vaststellen dat de vergadering niet kan doorgaan. De secretaris maakt hiervan melding op de aanwezigheidslijst.

Als eerste punt worden de notulen van de vorige vergadering bij stemming goedgekeurd.

Elk lid heeft het recht om over het ontwerp van de notulen bezwaren te formuleren tegen de redactie ervan, indien hij/zij zelf in de vergadering aanwezig was. Worden de bezwaren gegrond bevonden, dan dient de secretaris deze, staande de vergadering of uiterlijk in de eerstvolgende vergadering, op te nemen in de notulen.

Een bezwaar wordt als gegrond beschouwd wanneer het betrekking heeft op essentiële en fundamentele elementen van de bespreking die aan de beslissing voorafgaat, of betrekking heeft op de beslissing zelf.

De notulen worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

Na de goedkeuring van de notulen worden de agendapunten afgewerkt in de door de voorzitter aangegeven volgorde. De voorzitter behoudt zich het recht om de volgorde van de beraadslagingen aan te passen.

Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen. Tot spoedbehandeling kan slechts ter zitting worden besloten door tenminste twee derde van de zitting hebbende leden (of met eenparigheid van stem). De namen van die leden worden in de notulen vermeldt.

Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter welk lid aan het woord wenst te komen.

De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen.

De leden en plaatsvervangende leden nemen slechts het woord nadat het hen door de voorzitter werd verleend.

Niemand mag onderbroken worden terwijl hij/zij spreekt, behalve voor een verwijzig naar het reglement of een terugroeping tot de orde.

Wanneer een lid afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugroepen of hem het woordt ontnemen.

Elk lid dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter aan het woord tracht te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.

Elk lid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen.

Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.

Indien het betrokken lid een tweede maal verstoort, heeft de voorzitter het recht het betrokken lid uit de vergadering te sluiten. Indien de vergadering rumoerig wordt zodat het normale verloop in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij, bij voortduring van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.

Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit de voorzitter de vergadering. De commissieleden moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.

Van de uitsluiting van een lid, de schorsing of sluiting van de vergadering wordt melding gemaakt in de notulen.

Nadat alle leden voldoende aan het woord geweest zijn en indien de voorzitter oordeelt dat het onderwerp voldoende werd besproken, gaat hij over naar het volgende deel van het punt of naar het volgende agendapunt.

De voorzitter kan de vergadering tijdelijk schorsen indien hij/zij dit nodig acht.

 

Art. 7:

Voor elke stemming omschrijft de voorzitter het voorstel van de beslissing waarover de vergadering zich moet uitspreken.

De leden stemmen mondeling door "ja", "neen" of "onthouding" uit te spreken.

Indien de voorzitter stemming bij handopsteking verkiest, vraagt de voorzitter achtereenvolgens welke commissieleden "neen" stemmen, "ja" stemmen of zich onthouden. Elk commissielid kan slechts één maal de hand opsteken om een stem uit te brengen.

De volgorde van de stemming wordt bepaald door de voorzitter.

De voorzitter van de vergadering stemt het laatst en bij staking van stemmen is zijn stem beslissend.

De stemmen worden opgenomen door de secretaris.

Er wordt overgegaan tot geheime stemming indien minstens de helft van de leden hiermee akkoord gaat. Stemmingen over personen in voorkomend geval, gebeuren steeds bij geheime stemming.

Bij geheime stemming stemmen de commissieleden met "ja", "neen" of "onthouding". De stemmen worden opgenomen door de secretaris.

De uitslag van de stemming wordt door de voorzitter afgekondigd.

 

Art. 8:

De notulen bevatten het relaas van wat in de commissie wordt gezegd. Ze geven een overzicht van de ganse vergadering weer inzonderheid de toelichting, bespreking, beraadslaging en stemming betreffende de punten van de agenda.

In de notulen wordt melding gemaakt van wie aanwezig was van de leden en de plaatsvervangende leden, uitgenodigde deskundigen, de vertegenwoordigers uit elke politieke fractie in de gemeenteraad, de secretaris en de persoon of ambtenaar die de secretaris bijstaat, tevens of al dan niet publiek werd vergaderd.

De notulen vermelden de resultaten van de stemmingen en geven daarbij eveneens een weerslag van de minderheidsstandpunten.

Nadat de notulen goedkeuring verkregen, worden de notulen door de voorzitter en door de secretaris ondertekend en zijn ze definitief.

De notulen worden door het secretariaat bewaard.

Een te verstrekken advies, hetwelk door de voorzitter en de secretaris dient te worden ondertekend, wordt aan de bevoegde instanties overgemaakt.

 

Art. 9:

Het advies bevat de standpunten die in de commissie ter sprake gebracht zijn. Het advies vermeldt eveneens het besluit van de commissie dat de meerderheid van de stemmen bekomen heeft. Alle uitgebrachte standpunten worden op inhoudelijke afdoende wijze gemotiveerd.

De adviezen worden door het secretariaat bewaard.

 

Art. 10:

Voor de voorbereiding van complexe dossiers kunnen één of meer werkgroepen worden opgericht.

Daartoe dient de commissie te beslissen.

In zulke werkgroep worden leden aangesteld via een commissiebeslissing. Alle leden hebben echter het recht deel te nemen aan een werkgroep. De oproeping, aanwezigheid, de besprekingen en eventuele beraadslagingen en stemmingen in werkgroepen gebeuren zoals in de commissie zelf.

Van iedere werkgroepvergadering wordt verslag opgemaakt door de secretaris, en bij de agenda van de volgende vergadering gevoegd.

 

Art. 11:

Een exemplaar van onderhavig huishoudelijk reglement wordt ter beschikking gehouden tijdens alle vergaderingen van de commissie en eventuele werkgroepen.

Tevens wordt een exemplaar van onderhavig reglement bezorgd aan elk lid van de Gecoro en aan de secretaris.

Publicatiedatum: 23/12/2019
Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

functie Gecoro en frequentie vergaderingen

 

Omschrijving:

De Gecoro vergadering vindt standaard plaats op de eerste dinsdag van de maand in februari - april - juni - september - november.

Motivering:

De vergadering definieert de functie van de Gecoro zoals voorzien in het huishoudelijk reglement:

"De Gecoro beoogt het behoud, de verbetering en de uitwerking van een goede ruimtelijke ordening binnen de gemeente.

De Gecoro adviseert vanuit een gefundeerd ruimtelijk analytisch standpunt.

De adviezen van de Gecoro hebben steeds tot doel de kwaliteit van de ruimtelijke ordening binnen de gemeente te waarborgen.

De Gecoro dient de haar door het decreet opgedragen taken naar behoren uit te voeren."

 

De Gecoro wil een positief orgaan zijn. Individuele (bouw)dossiers kunnen niet besproken worden, maar kunnen wel gebruikt worden om een algemene en overkoepelende visie te formuleren. Ranst ondervindt immers een grote druk vanuit Antwerpen en de omliggende stedelijke woongebieden. We willen de gemeente zo veel mogelijk landelijk en leefbaar houden. Hierin is het o.a. belangrijk om de landbouw, de woon- en werksfeer te behouden.

 

Ieder lid mag zijn eigen standpunt geven. Dit zal gerespecteerd worden.

 

De frequentie van de vergaderingen wordt vastgelegd op tweemaandelijks, behalve tijdens de zomermaanden. De vergadering vindt standaard plaats op de eerste dinsdag van de maand in februari - april - juni - september - november, telkens om 20u in Gemeenschapscentrum Den Boomgaard (tenzij anders aangekondigd).

De eerstkomende vergaderingen zijn dus op: 5 november 2019 - 4 februari 2020 - 7 april 2020 - 2 juni 2020 - 1 september 2020 - 3 november 2020.

 

Er wordt voorgesteld om de uitgave 'Leidraad voor Gecoro leden' aan te kopen en ter beschikking te stellen van de leden. De vergadering is algemeen akkoord. De secretaris zal hiervoor instaan.

 

Besluit:

De frequentie van de vergaderingen wordt vastgelegd op tweemaandelijks, behalve tijdens de zomermaanden. De vergadering vindt standaard plaats op de eerste dinsdag van de maand in februari - april - juni - september - november.

Publicatiedatum: 23/12/2019
Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

planologisch attest - advies - Aveve - Antwerpsesteenweg 91

 

Omschrijving:

De Gecoro geeft een voorwaardelijk gunstig advies voor het planologisch attest van Aveve Plus, Antwerpesesteenweg 91 in 2520 Broechem.

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

Op 25 juli 2017 vroeg Hans Nauwelaers of het college van burgemeester en schepenen akkoord kan gaan met de verbintenis om een RUP op te stellen om het zonevreemde bedrijf Aveve, Antwerpsesteenweg 89A in 2520 Broechem te regulariseren. Dit werd toen negatief beoordeeld omdat er geen wettelijke basis was om een bestaande maar onvergunde detailhandel te regulariseren via een RUP voor zonevreemde bedrijven.

 

Met de goedkeuring van de Codextrein op 8 december 2017 werd deze mogelijkheid uitgebreid voor tuincentra waarvan de functie niet vergund of vergund geacht is.

 

Op 7 augustus 2018 vroeg Charlier consult of het college van burgemeester en schepenen akkoord kan gaan met de plan-MER-screeningsnota voor Aveve Plus, Antwerpsesteenweg 91 in 2520 Broechem. Dit werd positief beoordeeld.

 

Op 15 april 2019 vroeg Hans Nauwelaers voor Aveve plus het planologisch attest aan.

 

Juridisch kader:

Hoofdstuk 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Op verschillende niveaus kunnen ruimtelijke uitvoeringsplannen de plaatselijke ruimtelijke invulling wijzigen. Deze kunnen opgemaakt worden op gemeentelijk niveau.

Art. 4.4.24 tot 4.4.29 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Een planologisch attest vermeldt of een bestaand, hoofdzakelijk vergund en niet-verkrot bedrijf al dan niet behouden kan worden op de plaats waar het gevestigd is.

Uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2013 tot bepaling van de nadere regels inzake het planologisch attest

 

Bijkomende motivering:

Het plangebied situeert zich tussen de dorpskernen van Ranst en Broechem, langsheen de gewestweg N116 (Antwerpsesteenweg) die Antwerpen verbindt met Nijlen. De vestiging is dus goed ontsloten.

De Antwerpsesteenweg is een gewestweg met randstedelijke bebouwing aan beide zijden van de weg, waarbij een verscheidenheid aan functies voorkomen (residentieel wonen, landbouw, handel, …). Vlak naast het Aveve-terrein begint de lintbebouwing gelegen in woongebied met landelijk karakter en verderop woongebied. De Aveve-vestiging sluit hier naadloos op aan.

 

In het RUP 'Zonevreemde bedrijven - fase 2' werd er reeds een beoordeling van het bedrijf gemaakt. Het gaat hier echter niet om een bedrijf in de strikte zin, maar om een grootschalige detailhandel. Aan het bedrijf werd een categorie 1 toegekend, dit is ook de categorisering die het GRS vooropstelt. Er zijn geen uitbreidingen toegestaan, maar het bedrijf kan wel verder werken binnen de bestaande gebouwen.

Toen werd in samenspraak met de hogere overheden beslist om het Aveve-tuincenter niet op te nemen in het RUP, wegens onvergunbaar.

De vergunning van de deputatie van de provincie Antwerpen van 10 september 1992 waarnaar herhaaldelijk verwezen wordt, vermeldt in de beslissing duidelijk "de bouwvergunning wordt verleend overeenkomstig de voorgebrachte plannen". Die plannen tonen een serre, werkplaats, stapelruimte, machinebergplaats en een kleine verkoopruimte voor zelf gekweekte planten en bloemen. Dus geenszins een grootschalige detailhandel of tuincenter.

 

Met de goedkeuring van de Codextrein op 8 december 2017 werd de mogelijkheid tot planologisch attest en RUP uitgebreid voor tuincentra waarvan de functie niet vergund of vergund geacht is, voor zover voldaan is volgende voorwaarden:

1. Het tuincentrum ligt in agrarisch gebied in de ruime zin (hieraan is voldaan);

2. De constructies die noodzakelijk zijn voor de normale bedrijfsvoering zijn vergund of vergund geacht (de op het terrein aanwezige constructies zijn vergund: zie vergunning 1992);

3. De wijziging van de hoofdfunctie land- en tuinbouw in detailhandel heeft uiterlijk op 1 mei 2000 plaatsgevonden (hieraan is voldaan)

4. Minstens vijftig procent van het terrein bestaat uit serres of gronden die gebruikt worden voor het kweken of doorkweken van bloemen, planten of bomen en de serres of gronden sluiten aan bij de grond waarop het tuincentrum gevestigd is (het bedrijf beschikt over een terrein van ca. 3.000m² die gebruikt wordt voor het conditioneren van planten)

5. Minstens vijftig procent van de netto handelsoppervlakte bestaat uit de verkoop van planten, bloemen of bomen, en maximaal vijftig procent van de netto handelsoppervlakte bestaat uit de verkoop van aanverwante producten (hieraan is voldaan).

Terreinen voor de kweek van planten zijn nog in eigendom van een derde partij. Een aankoopoptie is ondertekend.

 

De vergadering stelt zich vragen over de bijkomende gronden die noodzakelijk zijn om aan de juiste oppervlakte te komen. Zij moeten duidelijk opgenomen worden in de aanvraag en later ook effectief gebruikt worden voor plantenkweek.

In het dossier zijn deze percelen wel vernoemd, maar het is volgens de vergadering niet de bedoeling dat de bestemming van deze gronden gewijzigd wordt, zeker niet naar een loutere detailhandelsfunctie. Er moet duidelijk gemaakt worden dat de site enkel gebruikt kan worden voor een tuincentrum en de achterliggende gronden moeten agrarisch ingekleurd blijven. Als het tuincentrum verdwijnt of stopgezet wordt, moeten de gronden bij voorkeur terug een agrarische bestemming krijgen.

 

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 11 juni 2019 tot 10 juli 2019. Er werd 1 bezwaar ingediend. Het bezwaar gaat over de gronden die nog in eigendom zijn van een derde partij en die zullen aangekocht worden bij goedkeuring van het planologisch attest. De bezwaarindiener wil er zeker van zijn dat de gronden effectief overgedragen zullen worden. Het is duidelijk dat de aanvrager deze gronden nodig heeft om een planologisch attest te kunnen aanvragen en om later het RUP te kunnen bekomen, alsook nieuwe omgevingsvergunningen te bekomen. Zonder deze overdracht kan het dossier niet verder gunstig beoordeeld worden en kunnen geen verdere vergunningen verleend worden. De aanvrager heeft de gronden dus nodig om verder te kunnen. De opmerking in het bezwaar wordt meegenomen in het dossier maar is geen weigeringsgrond voor het planologisch attest.

 

Het Agentschap Wegen en Verkeer gaf op 14 juni 2019 een voorwaardelijk gunstig advies. Op termijn dient de rechtstreekse ontsluiting op de gewestweg N116 te verdwijnen en voorzien te worden op de weg van lagere categorie, nl de gemeenteweg Bistweg en dit zo ver mogelijk van kruispunt N116/Bistweg verwijderd. Ook moeten er parkeerplaatsen wegvallen die voor de rooilijn en/of in de achteruitbouwstrook liggen.

 

Het Agentschap Innoveren en Ondernemen gaf op 27 juni 2019 een voorwaardelijk gunstig advies. Er wordt aangegeven dat het bedrijf beschikt over een terrein van ca. 3.000m² die gebruikt wordt voor het conditioneren van planten’. Dit betreft perceel C16b, welke nog in eigendom is van een derde partij, maar waar wel een aankoopoptie voor ondertekend is. In het aanvraagformulier zelf wordt echter enkel perceel 17L aangehaald. Ook het aanvraagdossier focust zich uitsluitend op perceel 17L, waar het tuincentrum zelf op gelegen is en zich de korte termijnbehoefte op situeert. Daar perceel C16b echter betrokken is in het dossier om te voldoen aan de voorwaarden om een planologisch attest aan te vragen, dient dit eveneens opgenomen te worden in de contour waarvoor het planologisch attest wordt aangevraagd. In de verdere RUP-procedure kan dit perceel dan wel de huidige bestemming (agrarisch gebied) behouden.

 

Het Departement Landbouw en Visserij gaf op 4 juli 2019 een voorwaardelijk gunstig advies. De gewenste wijzigingen ten opzichte van de bestaande toestand zowel op korte termijn, namelijk een serre van 380m² op de bestaande onvergunde verharding, als de gewenste wijziging op lange termijn (nihil) zijn beperkt. Het plangebied is gelegen binnen herbevestigd agrarisch gebied (HAG), doch deze afbakening van het HAG (2009) gebeurde ruim na de verkregen vergunning in 1992. Het Departement Landbouw en Visserij kan deze handelszaak beschouwen als hoofdzakelijk vergund en heeft geen overwegende bezwaren bij voorliggend planologisch attest.

 

De vergadering stelt zich vragen bij het opzet van de aanvraag. Gaat het over de uitbating van de zaak of wil de aanvrager de grond zo duur mogelijk kunnen verkopen? Als het enkel om een waardevermeerdering gaat, kan er planbaten voorzien worden om dit te compenseren.

 

Fernand Bossaerts vraagt aan de voorzitter of de politiek afgevaardigden aanwezig kunnen blijven tijdens de beraadslaging en de stemming van dit agendapunt. De voorzitter reageert hierop met de melding dat het hier een ‘openbare vergadering’ gaat en dat zij aanwezig kunnen blijven.

 

Voorstel vanuit de vergadering:

Voorwaardelijk positief advies, onder de voorwaarde dat:

-          een planbaten wordt betaald

-          het achterliggende perceel (kadastraal gekend als afdeling 3, sectie C, perceelnummer 16B) wordt gebruikt voor plantenkweek en kan niet verhard en/of bebouwd worden

 

Fernand Bossaerts reageert door te zeggen dat niet de Gecoro, noch de gemeenteraad een planbatenheffing kan opleggen. Het is enkel de Vlaamse Belastingsdienst die dit kan beslissen. Zij maken deze berekening en innen deze heffing. Planbaten als voorwaarde stellen, bij een advies van de Gecoro, kan niet of is zonder inhoud.

Hierop wordt gereageerd door de vergadering dat de Gecoro dit wel in het advies wil opnemen, het is aan de vergunningverlenende overheid om te bekijken wat zij hiermee kunnen doen en hoe zij hiervoor kunnen zorgen.

 

Stemming:

Deskundigen (Gust Wouters, René Goris, Katia Smits, Lucas Verbeeck, John Maes): akkoord

Afgevaardigde natuurvereniging (Clark Peeters): akkoord

Afgevaardigde landbouwers (Christel Verdonck): onthouding

Afgevaardigde werkgevers (Heide Van der Weehe): akkoord

Afgevaardigde handelaars (Frans Martens): onthouding

--> resultaat: akkoord met voorstel

 

Besluit:

De Gecoro geeft een voorwaardelijk gunstig advies voor het planologisch attest van Aveve Plus, Antwerpesesteenweg 91 in 2520 Broechem, op voorwaarde dat:

-          rekening wordt gehouden met de opmerkingen in de adviezen van Agentschap Wegen en Verkeer en Agentschap Innoveren en Ondernemen.

-          een planbaten wordt betaald

-          het achterliggende perceel (kadastraal gekend als afdeling 3, sectie C, perceelnummer 16B) wordt gebruikt voor plantenkweek en kan niet verhard en/of bebouwd worden

Publicatiedatum: 23/12/2019
Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

voorstel gemeentelijke bouwrichtlijnen - advies

 

Omschrijving:

De Gecoro geeft advies over het ontwerp van de Bouwrichtlijnen.

Motivering:

Het ‘beleidskader’ / ‘richtlijnen’ zal door CBS en gemeenteraad goedgekeurd worden en kan hopelijk vanaf januari 2020 naar de ontwikkelaars gecommuniceerd worden wanneer zij vragen hebben over de bouwmogelijkheden in de gemeente.

 

In de richtlijnen worden een aantal aandachtspunten meegegeven die we verwachten bij een nieuw project, kaderend in het duurzaam, ruimte-efficiënt en bewust bouwen en tegelijkertijd voldoende eigenheid van de in oorsprong landelijke gemeente kunnen bewaren.

 

De richtlijnen zijn gebaseerd op de punten die worden aangehaald in het provinciaal Beleidsplan Ruimte en die ook onderschreven worden door de Vlaams Bouwmeester.

Een echte verordening hebben we liever niet, omdat dit ons kan vastzetten en we liever met gezond verstand onderhandelen en nieuwe ideeën of concepten zo veel mogelijk kansen willen geven.

 

Na de bespreking in de Gecoro komt er nog (juridisch) advies van de provincie Antwerpen. In een gemeenteraadscommissie zal er nog een verdere politieke afstemming kunnen gebeuren. Nadien zal de (aangepaste) tekst op de website geplaatst worden voor opmerkingen van de burgers.

 

 

De vergadering geeft volgende opmerkingen:

 

Het document tracht weer te geven hoe onze omgeving er in de toekomst uit moet zien. Dat is zeker positief. Het is een evenwichtsoefening tussen het opleggen van bepaalde dingen en het gezond verstand zodat de beste oplossing gevonden wordt. De flexibiliteit is positief. Er is zeker behoefte aan een kader en dit kan sensibiliserend werken.

 

De richtlijnen zijn op sommige vlakken vaag en geven daardoor (soms) meer ruimte om creatief te zijn; het lijkt dan ook beter om geen strikte beperkingen op te leggen zoals bv. in verband met het doorlopen van de kroonlijst. Langs de andere kant mogen sommige richtlijnen wel wat concreter uitgewerkt worden zodat het toch duidelijk wordt wat er kan worden gebouwd en wat niet.

 

We willen garageboxen vermijden, liever ondergrondse parkings, carports, e.d.

Het aantal parkeerplaatsen wordt niet in een norm vastgelegd, wat toch wel beter zou zijn. Kunnen we ook ingrijpen op de verkoop van de vergunde parkeerplaatsen? Dit is echter zeer moeilijk aangezien de gemeente geen bevoegdheden heeft in de verkoop.

 

Bij het hoger bouwen dan standaard, zou een akoestisch onderzoek nuttig zijn. Later in de tekst wordt dit trouwens als tip aangehaald. Kan dit gekoppeld worden als voorwaarde?

 

De draagkracht, eventueel ook per regio of wijk, moet onderzocht worden. Er wordt voorgesteld om hiervoor V/T (vloer/terreinindex) te gebruiken omdat dat een meetbaar criterium is. Ook de bevolkingsdichtheid zou een meetbaar criterium kunnen zijn. De resultaten van de onderzoeken / berekeningen moeten vermeld worden en mogen niet interpreteerbaar of relatief zijn.

 

In hoeverre kan een weging of puntensysteem opgemaakt worden om een project te toetsen aan de richtlijnen? Hier moet dan wel opgelet worden dat dit puntensysteem niet het enige criterium wordt, zodat er projecten zouden moeten goedgekeurd worden met nog heel wat extra potentieel maar die wel juist voldoende punten scoren.

 

Mobiliteitsonderzoeken zijn heel belangrijk in heel de gemeente. Er wordt best op verschillende plaatsen verwezen naar dit belang (en niet enkel in de bijlage). Ook de bereikbaarheid van een ontwikkeling is een belangrijk criterium.

 

Vorm: best een indeling in hoofdstukken met nummering zodat alles goed vindbaar is.

 

Er mogen vernieuwde inzichten opgenomen worden, bv. wat is een verharding? (enkel waterdoorlatendheid is geen goed criterium; sommige bouwers gaan er van uit dat waterdoorlatende materialen niet aanzien worden als verhardingen).

 

Er zullen subsidies voor groendaken gegeven worden. Kan er ook naar verwezen worden in de richtlijnen? Dit lijkt echter minder nuttig omdat er dan geen nieuwe beslissingen in verband met subsidies kunnen genomen worden. Wel is een goede communicatie over de mogelijke subsidies essentieel.

 

Het bestuur staat achter het STOP-principe (dus in volgorde van prioritaire aanpassingen: stappen – trappen – openbaar vervoer – privaat vervoer); deze principes worden toegepast bij de beslissingen.

 

Is de jongerentoets hier relevant, kan dit geïntegreerd worden in het document? Met deze richtlijnen willen we er voor zorgen dat er voor iedereen mogelijkheden zijn (zie punt 9: er moet plaats zijn voor iedereen). Dit kan zorgen voor een evenwicht voor alle mogelijke bewoners en hoeft niet specifiek op jongeren gericht te zijn. De aanvragers van de projecten zelf kunnen uiteraard wel een jongerentoets doen om hun project te ondersteunen. Ook belangrijk hierin is dat alles betaalbaar moet blijven.

 

Er moet altijd een evenwicht zijn tussen maatschappelijk en economisch belang. Het criterium V/T kan hiervoor gebruikt worden. Het voorbeeld van de bouwrechten dat door de Vlaams Bouwmeester voorgesteld wordt, zou nuttig kunnen zijn maar is nu nog niet decretaal bepaald.

 

Besluit:

De commissieleden stellen volgende aanpassingen voor:

 

De richtlijnen zijn op sommige vlakken ruim en geven daardoor (soms) meer mogelijkheden om creatief te zijn; het lijkt dan ook beter om geen strikte beperkingen op te leggen zoals bv. in verband met het doorlopen van de kroonlijst. Langs de andere kant mogen sommige richtlijnen wel wat concreter uitgewerkt worden zodat het toch duidelijk wordt wat er kan worden gebouwd en wat niet.

 

Het aantal parkeerplaatsen wordt niet in een norm vastgelegd, wat toch wel beter zou zijn.

 

Bij het hoger bouwen dan standaard, zou een akoestisch onderzoek nuttig zijn. Later in de tekst wordt dit trouwens als tip aangehaald. Kan dit gekoppeld worden als voorwaarde?

 

De draagkracht, eventueel ook per regio of wijk, moet onderzocht worden. Er wordt voorgesteld om hiervoor V/T te gebruiken omdat dat een meetbaar criterium is. Ook de bevolkingsdichtheid zou een meetbaar criterium kunnen zijn. De resultaten van de onderzoeken / berekeningen moeten vermeld worden en mogen niet interpreteerbaar of relatief zijn.

 

In hoeverre kan een weging of puntensysteem opgemaakt worden om een project te toetsen aan de richtlijnen?

 

Mobiliteitsonderzoeken zijn heel belangrijk in heel de gemeente. Er wordt best op verschillende plaatsen verwezen naar dit belang (en niet enkel in de bijlage). Ook de bereikbaarheid van een project is een belangrijk criterium.

 

Vorm: best een indeling in hoofdstukken met nummering zodat alles goed vindbaar is.

 

Er mogen vernieuwde inzichten in de definities opgenomen worden, bv. wat is een verharding?

 

Er moet altijd een evenwicht zijn tussen maatschappelijk en economisch belang. Het criterium V/T kan hiervoor gebruikt worden.

Publicatiedatum: 23/12/2019
Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

RUP 'Zonevreemde woningen Hallebaan - Heesterbos' - stand van zaken

 

Omschrijving:

De startnota van het RUP 'Zonevreemde woningen Hallebaan - Heesterbos' werd goedgekeurd en publiek gemaakt overeenkomstig de geldende wetgeving. De RUP-procedure wordt verder gezet met het opmaken van een scoping nota en het opmaken van het grafisch plan en de stedenbouwkundige voorschriften.

Motivering:

Het gemeentebestuur van Ranst wenst het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Zonevreemde woonclusters Hallebaan - Heesterbos’ op te stellen.

 

De startnota onderzoekt de mogelijkheden voor de opmaak van een RUP voor twee woonclusters aan Hallebaan en Heesterbos (Oelegem) in gebieden die volgens het gewestplan in hoofdzaak zijn bestemd als bosgebied maar in de praktijk het uitzicht hebben van een gewone wooncluster.

 

Het betreft in het totaal twee woonclusters van een 33-tal woningen: een 15-tal woningen aan de Hallebaan en een 18-tal woningen aan Heesterbos. De woningen zijn dus wel vergund (geacht), maar zonevreemd door de ligging in ruimtelijk kwetsbaar gebied volgens het gewestplan. Daardoor zijn er dikwijls erg strenge beperkingen (bv. geen uitbreidingen mogelijk). Op sommige percelen zijn bovendien ook nog verkavelingen geldig. Daardoor zijn er verschillende mogelijkheden voor de woningen die wel of niet in de verkavelingen gelegen zijn. Dit schept onduidelijkheid en ongelijkheid tussen de verschillende percelen.

 

Door de opmaak van het RUP kan de juridische zekerheid voor deze woningen die gelegen zijn in dit bosgebied worden verankerd, waarbij de bestemming wordt afgebakend op maat van de omgeving gelegen in ruimtelijk kwetsbaar gebied. Het behoud van de groene omgeving blijft zeker een belangrijk element. Het plangebied heeft een oppervlakte van +/- 11 ha.

 

Het RUP is enkel bedoeld voor bestaande zonevreemde woningen die vergund of vergund geacht zijn. Het is niet de bedoeling om met het RUP bijkomende bouwpercelen of bijkomende woningen te creëren, noch om niet-vergunde woningen te regulariseren. Het is ook niet de bedoeling om de zones om te vormen tot ‘gewoon’ woongebied. Dit alles is een belangrijk uitgangspunt voor het bestuur.

 

Over de startnota werd een publieke raadpleging gehouden en een infomoment.

Na goedkeuring van de startnota zal de RUP-procedure opgestart worden en volgt later nog een openbaar onderzoek over de specifieke voorschriften die zullen opgesteld worden in overleg met de hogere overheden.

 

Besluit:

De startnota van het RUP 'Zonevreemde woningen Hallebaan - Heesterbos' werd goedgekeurd en publiek gemaakt overeenkomstig de geldende wetgeving. De RUP-procedure wordt verder gezet met het opmaken van een scoping nota en het opmaken van het grafisch plan en de stedenbouwkundige voorschriften.

Publicatiedatum: 23/12/2019
Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

RUP Netevallei - stand van zaken

 

Omschrijving:

De startnota van het RUP 'Signaalgebied Netevallei Emblem' werd goedgekeurd en publiek gemaakt overeenkomstig de geldende wetgeving. De RUP-procedure wordt verder gezet met het opmaken van een scoping nota en het opmaken van het grafisch plan en de stedenbouwkundige voorschriften.

Motivering:

Het gemeentebestuur van Ranst wenst het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Signaalgebied Netevallei Emblem’ op te stellen.

 

Op 31 maart 2017 werd de startbeslissing voor het signaalgebied Netevallei Emblem goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Dergelijke signaalgebieden zijn watergevoelige gebieden waar volgens het gewestplan nog ontwikkelingen mogelijk zijn. Omwille van de plaatselijke waterhuishouding is het echter niet aangewezen om elke ontwikkeling zomaar toe te laten. Vlaanderen is bezig met een grootschalige actie om alle aangeduide signaalgebieden om te zetten in ‘WORG’ (= Watergevoelige Open Ruimte Gebieden) waar in principe geen ontwikkelingen meer mogelijk zijn. In de bindende bepalingen van de startnota is opgenomen dat de gemeente Ranst zelf een RUP dient op te maken voor het signaalgebied aan de Netevallei in Emblem, omdat de gemeente vragende partij is om toch nog te onderzoeken welke mogelijkheden kunnen geboden worden voor deze gronden.

 

De Open Antwerpse Roeivereniging vzw ‘the OAR’ kon zich al herlokaliseren naar de kade De Vos-Kets langs het Netekanaal. Via een projectvergadering op 15 december 2016 kon op 19 mei 2017 hiertoe een stedenbouwkundige vergunning verleend worden. Deze vergunning is echter verleend in groengebied volgens het gewestplan, een bestemming die niet in overeenstemming is met het gebruik door de roeivereniging. Via een RUP dient in navolging van de projectvergadering en de stedenbouwkundige vergunning een gepaste bestemming aan de site toegekend worden.

 

Het doel van het RUP is het vastleggen van een kwalitatief toekomstgericht plan voor een zone gelegen binnen de afbakening als signaalgebied. De gemeente wil de mogelijkheden bekijken voor recreatieve invullingen en misschien een beperkte woonvoorziening of gemeenschapsvoorzieningen. Natuurbehoud en landschapsontwikkeling zullen hierin steeds centraal staan.

Het RUP zal randvoorwaarden opleggen om de beoogde ontwikkelingen mogelijk te maken.

 

Na goedkeuring van de startnota zal de RUP-procedure opgestart worden en volgt later nog een openbaar onderzoek over de specifieke voorschriften en het grafisch plan.

 

Besluit:

De startnota van het RUP 'Signaalgebied Netevallei Emblem' werd goedgekeurd en publiek gemaakt overeenkomstig de geldende wetgeving. De RUP-procedure wordt verder gezet met het opmaken van een scoping nota en het opmaken van het grafisch plan en de stedenbouwkundige voorschriften.

Publicatiedatum: 23/12/2019
Overzicht punten

Zitting van Gecoro van dinsdag 3 september 2019

 

Varia

 

Omschrijving:

De Gecoro kan een globale visie ontwikkelen over de link tussen ruimtelijke ontwikkeling en mobilliteit.

Motivering:

Vraag van de voorzitter:

In hoeverre kan/moet het mobiliteitsdebat gekoppeld worden aan het ruimtelijk debat? Er kan bijvoorbeeld een voorstel gedaan worden om in dorpskernen en verkavelingen snelheidsbeperkingen (zone 30) in te voeren. Dergelijk voorstel wordt echter doorverwezen naar de verkeerscommissie. Daar kunnen dergelijke vragen gesteld worden. De Gecoro kan wel een globale visie ontwikkelen over de link tussen ruimtelijke ontwikkeling en mobilliteit. Er is ook voldoende budget voorzien om verschillende studies te kunnen (laten) doen. Het huidige mobiliteitsplan is gedateerd en kan eigenlijk niet meer als leidraad gebruikt worden.

 

Besluit:

In hoeverre kan/moet het mobiliteitsdebat gekoppeld worden aan het ruimtelijk debat? De Gecoro kan een globale visie ontwikkelen over de link tussen ruimtelijke ontwikkeling en mobilliteit. Specifieke verkeersvoorstellen worden doorverwezen naar de verkeerscommissie.

Publicatiedatum: 23/12/2019