Omschrijving:

e gemeenteraad keurt het lokaal toewijzingsreglement en het doelgroepenplan zoals vastgesteld in bijlage goed.

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

Op 1 januari 2008 is het Sociaal Huurbesluit in werking getreden. Dit besluit geeft de mogelijkheid aan steden en gemeenten om een eigen toewijzingsbeleid te voeren. Hierdoor kunnen gemeenten een optimale manier van toewijzen van sociale huurwoningen uitwerken in functie van de plaatselijke situatie. De Vlaamse overheid biedt op deze manier de gemeenten meer kansen om hun regierol inzake wonen te versterken. Een belangrijk element van een woonbeleid op maat van lokale noden is het beleid inzake de toewijzing van sociale woningen.

Op 27 juni 2016 keurde het college van burgemeester en schepenen het lokaal toewijzingsreglement en het doelgroepenplan goed.

 

Juridische kader:

Het artikel 42, §1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005

De gemeenteraad heeft de volheid van bevoegdheid.

Artikel 4 van de Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997

Dit artikel formuleert de bijzondere doelstellingen van het woonbeleid. Men moet rekening houden met deze doelstellingen bij de opmaak van het toewijzingsreglement. Zo moet het toewijzingsreglement het recht op menswaardig wonen waarborgen, het leefbaar samenwonen bevorderen en gelijke kansen voor iedereen nastreven. Elk toewijzingssysteem moet streven naar een evenwicht tussen het algemeen belang en het individuele woonrecht.

Artikel 95, §1, 3de lid van de Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997

Bij de toewijzing van sociale huurwoningen rekening moet gehouden worden met de bijzondere doelstellingen van het Vlaamse Woonbeleid, zoals opgenomen in artikel 4, §2 van de Vlaamse Wooncode, en dat het toewijzingsreglement een lokale invulling kan geven aan de prioriteiten en toewijzingsregels die de Vlaamse regering vaststelt. De Afdeling Woonbeleid van het Agentschap Wonen-Vlaanderen controleert de wettigheid van het toewijzingsreglement.

Artikel 19 en Artikels 26 tot 29 van het Sociaal Huurbesluit van 12 oktober 2007

Het Sociaal Huurbesluit bevat een standaard systeem voor de toewijzing van sociale huurwoningen. De gemeente kan echter ook een specifiek toewijzingsreglement uitwerken om tegemoet te komen aan bepaalde lokale noden.

Er zijn twee standaard systemen voor de toewijzing van sociale huurwoningen:

-          De VMSW en sociale huisvestingsmaatschappijen gebruiken het toewijzingssysteem zoals vermeld in de artikelen 18, 19 en 20 van het Sociaal Huurbesluit.

-          De SVK’s gebruiken het toewijzingssysteem zoals vermeld in artikel 21 van het Sociaal Huurbesluit.

De VMSW en sociale huisvestingsmaatschappijen moeten de sociale huurwoningen toewijzen rekening houdend met achtereenvolgens:

1. de rationele bezetting van de woning;

2. de absolute voorrangsregels;

3. de optionele voorrangsregels;

4. de chronologische volgorde van de inschrijvingen in het inschrijvingenregister.

De sociaal verhuurkantoren hanteren dezelfde toewijzingsregels als geformuleerd in de punten 1°, 2° en 4°, maar het derde criterium waar rekening mee gehouden wordt, is het puntensysteem.

Het puntensysteem wordt enerzijds gebaseerd op 4 verplichte gewogen prioriteiten, nl. (1) woonnood, (2) kinderlast, (3) actueel besteedbaar inkomen en (4) mutatievraag van een zittende huurder en anderzijds op 2 optionele gewogen prioriteiten, nl. (1) het aantal jaren ingeschreven en (2) het aantal jaren verblijf in de gemeente.

Andere verhuurders (het Vlaams Woningfonds, een gemeente, een intergemeentelijk samenwerkingsverband of een OCMW) hebben de keuze tussen één van de twee bovenvermelde standaard systemen.

De verhuurder kan beslissen om, na toepassing van de absolute voorrangsregels, bepaalde optionele voorrangsregels toe te passen.

Zoals bepaald in artikel 26 van het Sociaal Huurbesluit hebben gemeenten de mogelijkheid om af te wijken van het algemeen geldend toewijzingsreglement en een specifiek toewijzingsreglement op te stellen op basis van bepaalde behoeften en lokale noden.

 

Bijkomende motivering:

Momenteel zijn er weinig of geen woningen die kunnen voorbehouden worden voor families met personen met een (zware) handicap. Er is nood aan ruimte voor gezinnen met een gehandicapt kind, die de zorg zo lang mogelijk zelf willen en kunnen dragen, weliswaar met ondersteuning van het gespecialiseerde DVZ Zevenbergen. Ook zijn er families waarbij een van de gezinsleden permanent in DVC Zevenbergen verblijft, maar waarbij de familie de banden toch nauw wil blijven behouden en bijkomende mantelzorg kunnen leveren ter ondersteuning van DVC Zevenbergen en de gehandicapte persoon.

Vanuit deze visie is besloten tot een opmaak van een doelgroepenplan voor personen met een handicap, meer bepaald voor: Gezinnen met een kind met een ernstige en diepe verstandelijke beperking en met eventueel een bijkomende handicap of (zeer) ernstige medische en/of psychische problemen, of kinderen met een niet-aangeboren hersenletsel met dezelfde zorgvraag als de personen met boven beschreven handicap.

De lokale binding wordt als volgt vastgelegd in cascade:

-          3 jaar in Ranst wonen of gewoond hebben gedurende de laatste 6 jaar

-          Ooit gedurende 10 jaar in Ranst gewoond hebben

Hierna geldt het standaardregime. De toepassing wordt verder toegelicht.

De gelijkvloerse appartementen in de Bijlstraat zijn specifiek uitgerust voor gezinnen met een gehandicapt kind: gezinnen met een kind met een ernstige en diepe verstandelijke beperking en met eventueel een bijkomende handicap of (zeer) ernstige medische en/of psychische problemen, of kinderen met een niet-aangeboren hersenletsel met dezelfde zorgvraag als de personen met boven beschreven handicap.

De andere appartementen in de Bijlstraat zijn gezien hun ligging uitermate geschikt om gezinnen te huisvesten met een nauwe familieband met een patiënt van DVC Zevenbergen.

Om de keuze voor deze doelgroep te motiveren wordt er aan dit toewijzingsreglement als bijlage het 'Doelgroepenplan voor personen met een handicap' toegevoegd.

 

Bijlagen:

-          het lokaal toewijzingsreglement

-          doelgroepenplan voor personen met een handicap

 

Besluit met eenparigheid van stemmen:

Art. 1:

De gemeenteraad keurt het lokaal toewijzingsreglement en het doelgroepenplan zoals vastgesteld in bijlage goed.

Het lokale toewijzingsreglement kan niet los worden gezien van het standaardluik. Zo is artikel 27 (lokale binding) een uitbreiding van de optionele voorrangsregels uit het standaardluik. De andere regels uit het standaardluik (rationele bezetting, absolute voorrangsregels, chronologie of puntensysteem) blijven gelden.

Zo is ook een doelgroepentoewijzing een aanvulling aan het standaardluik. Binnen het standaardluik komt een nieuwe voorrangsregel voor bepaalde doelgroepen die zal gelden als absolute voorrangsregel. Deze voorrangsregel krijgt een plaats binnen de absolute voorrangsregels van het standaardregime (zie 2.2.1). Daarnaast blijven de andere regels uit het standaardluik gelden zoals de rationele bezetting en de chronologische volgorde.

De toepassing van dit toewijzingsreglement wijzigt niets aan de inschrijvings- en toelatingsvoorwaarden zoals bepaald in hoofdstuk III en V van het kaderbesluit sociale huur.

 

Art. 2:

De doelgroep wordt gedefinieerd als gezinnen met een familielid (kind) met een ernstige en diepe verstandelijke beperking en met eventueel een bijkomende handicap of (zeer) ernstige medische en/of psychische problemen, of kinderen met een niet-aangeboren hersenletsel met dezelfde zorgvraag als de personen met boven beschreven handicap.

 

Art. 3:

De bepalingen van dit reglement zijn van toepassing op het grondgebied van de gemeente Ranst. De toepassing van de voorrang voor  personen met een handicap geldt enkel voor de appartementen in de Bijlstraat en is dus niet van toepassing op het ganse patrimonium.

Meer bepaald gaat het om de appartementen gelegen op:

-          Bijlstraat 13A in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13B in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13C in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13D in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13E in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13F in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13G in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13H in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13I in 2520 Ranst

-          Bijlstraat 13J in 2520 Ranst

 

Art. 4:

De lokale binding wordt toegepast op het volledig patrimonium van de sociale verhuurders.

De verhuurder wordt belast met de toepassing en de uitvoering van dit reglement.

 

Art. 5:

Dit reglement en elke wijziging ervan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad en aan de minister of zijn gemachtigde.

 

Art. 6:

Het toewijzingsreglement is een openbaar document dat via de gemeentelijke informatiekanalen (infobladen, websites, loketten,…) wordt bekend gemaakt en verspreid. Het reglement ligt ter inzage aan de balies van de sociale verhuurder.

 

Art. 7:

Het reglement treedt in werking op de eerste dag volgend op de ontvangstmelding van de goedkeuring door de Afdeling Woonbeleid van het Agentschap Wonen-Vlaanderen.