Omschrijving:

De gemeenteraad keurt de aanpassing van de gecoördineerde rechtspositieregeling van toepassing op het OCMW- en gemeentepersoneel, die als bijlage integraal deel uitmaakt van dit besluit, goed en in het bijzonder, het aangepaste artikel 96 van de rechtspositieregeling.

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

Het besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 21 december 2021 over

de goedkeuring van de aanpassing van de rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel, met de aanpassing rond de fietslease op 26 juni 2023.

Het MAT van 4 augustus 2023 waarbij de dienst HRM de wijziging van de rechtspositieregeling heeft voorgesteld.

Het protocol van de syndicale organisaties opgesteld op 27 september 2023 en ondertekend door de verschillende syndicale organisaties die aanwezig waren op het overleg.

 

Juridisch kader:

De Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel

Het Koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel

Artikel 40, §3, 41, 2°, 186 en 286-288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Deze reglementen hebben onder meer betrekking op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. Het vaststellen van andere gemeentelijke reglementen dan die over personeelsaangelegenheden, en het bepalen van straffen en administratieve sancties bij de overtreding van die reglementen kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd.

De gemeenteraad stelt de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel vast.

De rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel is van rechtswege van toepassing op het personeelslid van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat de gemeente bedient en dat een betrekking bekleedt die ook bestaat bij de gemeente.

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de rechtspositieregeling vast voor:

-          het specifiek personeel, waaronder wordt verstaan het personeel dat een betrekking bekleedt die niet bestaat in de gemeente die het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn bedient

-          de maatschappelijk werker, vermeld in artikel 183, § 1

-          het voltallige personeel van de verzorgende, verplegende en dienstverlenende instellingen en diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, waarvan de werking gebaseerd is op federale of gewestelijke financiering met bijbehorende werkings- en erkenningsregels en voor het voltallige personeel van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat ingezet wordt voor activiteiten die hoofdzakelijk verricht worden in mededinging met andere marktdeelnemers.

De burgemeester maakt de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad, van het college van burgemeester en schepenen en van de burgemeester bekend via de webtoepassing van de gemeente.

De bekendmaking van de lijst van de besluiten, vermeld in artikel 285, en van de besluiten, vermeld in artikel 286, gebeurt binnen tien dagen nadat ze genomen zijn, met vermelding van de datum waarop ze via de webtoepassing worden bekendgemaakt. Voor de besluiten bevat de bekendmaking ook de datum waarop ze zijn aangenomen. De webtoepassing van de gemeente vermeldt de wijze waarop het publiek inzage kan krijgen in de besluiten die op de lijst zijn vermeld, en vermeldt ook de mogelijkheid om klacht in te dienen bij de toezichthoudende overheid, vermeld in artikel 326. Als de toezichthoudende overheid een besluit heeft vernietigd, wordt ook van die vernietiging melding gemaakt.

De reglementen en verordeningen, vermeld in artikel 286, § 1, 1° en 2°, en de reglementen, vermeld in artikel 286, § 2, 1° en 2°, treden in werking op de vijfde dag na de bekendmaking ervan, tenzij het anders bepaald is.

De burgemeester maakt de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel en de wijzigingen ervan bekend via de webtoepassing van de gemeente

De voorzitter van het vast bureau maakt de de afwijkingen van de rechtspositieregeling van het personeel overeenkomstig artikel 186, § 2, en de wijzigingen ervan bekend via de webtoepassing van de gemeente

Het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel.

 

Adviezen:

advies van het managementteam van 4 augustus 2023

protocol van akkoord van de syndicale organisaties van 27 september 2023

 

Bijkomende motivering:

Om deze aanwervingen en bevorderingen efficiënt te laten verlopen is er het voorstel om de rechtspositieregeling aan te passen waarbij personeelsleden die slagen voor een selectie- of bevorderingsprocedure vrijgesteld worden voor een nieuwe selectieprocedure voor een periode gelijkgesteld aan de periode van de duurtijd van de geldige werfreserve, weliswaar enkel voor dezelfde functie. In dit kader wordt artikel 96 aangevuld met volgende paragraaf:

"Op basis van artikel 7, eerste lid van het BVR RPR van 20 januari 2023 kunnen personeelsleden die voor dezelfde functie al geslaagd waren in een selectieprocedure voor aanwerving én opgenomen zijn in een wervingsreserve, op eigen verzoek vrijgesteld worden van deelname aan de selectieproeven van deze bevorderingsprocedure."

 

Bijlagen:

-          protocol van akkoord van de syndicale organisaties van 27 september 2023

-          Gecodificeerde rechtspositieregeling voor OCMW- en gemeentepersoneelsleden - versie 2

 

Besluit:

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de aanpassing van de gecoördineerde rechtspositieregeling van toepassing op het OCMW- en gemeentepersoneel, die als bijlage integraal deel uitmaakt van dit besluit, goed en in het bijzonder, het aangepaste artikel 96 van de rechtspositieregeling.