Omschrijving:
Subsidiereglement voor de jeugd
Motivering:
Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:
Op 19 december 2022 keurde de gemeenteraad het subsidiereglement jeugdverenigingen goed.
Juridisch kader:
Artikel 41, lid 2, 23° van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur
De gemeenteraad is exclusief bevoegd voor het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen
De artikels 285, §1, 1°; 286, §1, 1°, 287, 288 en 330 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
De burgemeester publiceert via de webtoepassing een lijst met besluiten en maakt de besluiten aangaande reglementen van de gemeenteraad bekend binnen tien dagen nadat ze werden aangenomen en met vermelding van hun datum van aanname. De reglementen treden in werking op de vijfde dag na hun bekendmaking, tenzij anders bepaald. De bekendmaking en de datum van bekendmaking van de reglementen moet blijken uit de aantekening in een register. Op dezelfde dag als de bekendmaking op de webtoepassing van de besluiten van de gemeenteraad, brengt de gemeenteoverheid de toezichthoudende overheid op de hoogte van de bekendmaking ervan.
Bijkomende motivering:
Ten opzichte van het vorige reglement werden volgende aanpassingen doorgevoerd:
- De klimaatsubsidie werd vervangen door onderhoudssubsidies. Bij het meermaals overtreden van de voorwaarden voor deze subsidie, krijgen ze, na verschillende waarschuwingen, deze niet volledig uitbetaald. Ze krijgen twee keer een waarschuwing, overtreden ze de regel een derde keer dan worden de toebehorende punten voor die subsidie niet uitbetaald. De vermindering van het subsidiebedrag bij te veel overtredingen wordt bepaald door het aantal punten dat eraan vast hangt. Zouden ze bijvoorbeeld drie maal punt 1 overtreden dan krijgen ze de vijf bijhorende punten niet en resulteert dat in minder geld.
- Voor de jeugdhuizen werden twee punten uit het reglement gehaald in verband met het halen van een animator attest. Het lijkt ons niet relevant dat vrijwilligers in een jeugdhuis een animatorattest moeten bezitten. Ze zijn er niet om kinderen te entertainen waar het animatorattest wel op richt.
- Zowel jeugdhuizen als jeugdbewegingen kunnen nu ook punten verdienen bij het onderhouden van hun site/sociale media door deze up to date te houden.
Financiële gevolgen:
Omschrijving: | Subsidies voor de jeugd |
Actie: | nog te bepalen |
Ramingnummer: | nog te bepalen |
Uitgaven: | nog te bepalen |
Visumnummer: | niet van toepassing |
Besluit:
Art. 1:
De gemeenteraad keurt voorliggend reglement inzake subsidies voor de jeugd goed.
TITEL 1: Werkingssubsidie voor de jeugdverenigingen
Artikel 1: algemeen
§1. Het college van burgemeester en schepenen gaat over tot de betoelaging van de erkende Ranstse jeugdverenigingen op basis van de toegekende puntentotalen en binnen de voorziene kredieten in het budget volgens de normen en voorwaarden die hierna worden vastgesteld.
§2. Het bedrag dat verdeeld wordt onder de jeugdhuizen, wordt bekomen door het begrote subsidiebedrag te delen door het aantal aanvaarde aanvragen en vervolgens het quotiënt te vermenigvuldigen met het aantal jeugdhuizen dat een aanvaarde subsidieaanvraag indiende. Het resterende bedrag wordt verdeeld onder de jeugdbewegingen.
Artikel 2: definities
In dit reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis:
- Lid van een jeugdvereniging: Iemand wordt als lid van een jeugdvereniging beschouwd, wanneer hij opgenomen is in de verzekeringspolis van de vereniging en in de ledenlijst van de vereniging
- Jeugdvereniging: De overkoepelende benaming voor jeugdbewegingen en jeugdhuizen
- Jeugdbeweging: Alle groeperingen die een aanbod aanreiken georganiseerd door en voor kinderen en jongeren.
- Jeugdhuis: Locatie of organisatie die een ontmoetings-, experimenteer- of ontspanningsruimte aanbiedt voor jongeren.
Artikel 3: subsidiëring jeugdbewegingen
De toelagen worden verdeeld volgens een puntensysteem.
De punten worden toegekend per werkjaar van 1 september tot en met 31 augustus aan de hand van de volgende normen:
Basissubsidie (=1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdbewegingen):
Ledenaantal |
Per lid | 1 punt |
Begeleiding |
Per begeleider zonder attest begeleider | 2 punten |
Per begeleider in het jaar dat hij vorming volgde die leidt tot een attest (hoofd) animator | 3 punten |
Per begeleider met attest animator | 4 punten |
Per begeleider met een attest hoofdanimator of instructeur | 5 punten |
Per begeleider met een geldig EHBO-attest | 2 punten extra |
Aanvullende subsidie (=1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdbewegingen) op basis van het aantal actieve weken per jaar: per werkjaar worden de weken opgeteld waarin een activiteit binnen de jeugdbeweging wordt georganiseerd.
Per actieve week met leden | 5 punten |
Uitgave van een (digitaal) ledenblad (inclusief kampboekje) Een exemplaar van al deze ledenbladen moeten aan het einde van het werkjaar aan de jeugddienst ter controle bezorgd worden. Hierna worden zij door de jeugddienst overgemaakt aan het gemeentelijke documentatiecentrum. | 10 punten |
Per actie om de drempel voor kansengroepen te verlagen | 5 punten |
Kamp: per deelnemend lid per kampdag Enkel voor zomerkampen met een minimum duurtijd van 4 dagen en een maximum van 15 aaneensluitende dagen (voor- en nawacht op kamp zijn inbegrepen) | 1 punt
|
Je site en sociale media zijn up to date met correcte gegevens en informatie. We spreken op de eerste jeugdraad een deadline af voor je site in orde te hebben. | 3 punten |
Artikel 4: subsidiëring jeugdhuizen
De toelagen worden verdeeld volgens een puntensysteem.
Subsidie voor begeleiding ( =1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdhuizen):
per vaste vrijwilliger/ lid van een tapgroep | 1 punt |
per lid van de raad van bestuur (max. 15 personen) | 2 punten |
Je site en sociale media zijn up to date met correcte gegevens en informatie. We spreken op de eerste jeugdraad een deadline af voor je site in orde te hebben. | 4 punten |
Aanvullende subsidie (=1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdhuizen):
Per openingsuur op weekbasis | 1 punt |
Per activiteit van sociaal-culturele aard | 10 punten |
Per fuif in eigen organisatie | 5 punten |
Per deskundige buitenstaander (vb workshopbegeleider) per niet-commerciële activiteit waarbij hij betrokken is | 3 punten |
Uitgave van een (digitaal) ledenblad Een exemplaar van al deze ledenbladen moeten aan het einde van het werkjaar aan de jeugddienst ter controle bezorgd worden. Hierna worden zij door de jeugddienst overgemaakt aan het gemeentelijke documentatiecentrum. | 10 punten |
Per actie om de drempel voor kansengroepen te verlagen | 3 punten |
TITEL 2: Subsidiereglement voor de vorming van de jeugd
Artikel 5: definitie
§1. Vormingssubsidie wordt verleend aan jongeren die een vorming jeugdwerk volgen.
Deze subsidie kan wordt toegekend aan wie een vorming volgt die zich richt op het begeleiden van kinderen en jongeren en als dusdanig erkend is door de Vlaamse Gemeenschap als kadervorming. Vorming die georganiseerd wordt door een provinciebestuur is eveneens subsidieerbaar.
§2. Jongeren van 15 tot en met 25 jaar kunnen in aanmerking komen voor deze subsidie indien zij als begeleider betrokken zijn bij een Ranstse erkende jeugdvereniging of bij een jeugdwerking ingericht door het gemeentebestuur. Indien niet woonachtig in de gemeente mag er geen aanvraag tot terugbetaling zijn gedaan in de eigen gemeente.
Artikel 6: vormingssubsidie
De vormingssubsidie bedraagt maximum 75% van het betaalde vormingsgeld.
De minimumkost voor een vorming om in aanmerking te komen voor een vormingssubsidie is € 25 met een plafond van € 125.
Wanneer de beschikbare kredieten ontoereikend zijn wordt het percentage (75%) verminderd voor alle begunstigden van het betrokken jaar, zodat ze evenredig verdeeld worden.
Wanneer er na uitbetaling van de vormingssubsidies nog budget overblijft, wordt het resterende bedrag op 30 juni van het lopende jaar overgedragen naar de werkingssubsidie.
Artikel 7: aanvraagprocedure
De aanvragen tot het bekomen van de subsidie dienen ten laatste op 1 maart van het jaar volgend op het jaar dat de vorming is gevolgd, overgemaakt te worden aan de jeugddienst door middel van een kopie van het attest of van een bewijs van de inrichters van de gevolgde vorming. Hierop is eveneens het bedrag van het betaalde vormingsgeld vermeld, evenals de plaats en data, waarop de vorming heeft plaatsgevonden en het onderwerp van de vorming.
TITEL 3: Onderhoudssubsidie
Artikel 8: definitie
De onderhoudssubsidie is een financiële tegemoetkoming van het gemeentebestuur aan de erkende Ranstse jeugdverenigingen voor de door hen genomen onderhoudsmaatregelen.
Artikel 9: Subsidiëring jeugdverenigingen onderhoudssubsidie
Subsidie te verdelen over alle jeugdverenigingen
| 5 punten |
| 2 punten |
| 2 punten |
| 3 punten |
5. De nodige controles zijn uitgevoerd zodat het lokaal in veilige staat is om leden te ontvangen | 3 punten |
Artikel 10: Onderhoudssubsidie
§ 1. De subsidie wordt bepaald door het totale begrote bedrag te delen door het totaal aantal erkende jeugdverenigingen die in het voorgaande jaar bovenstaande punten behaald hebben.
§ 2. Bij een overtreding van bovenstaande punten 1,2 of 3 krijgt de vereniging een waarschuwing. Bij een derde overtreding wordt de subsidie voor dat jaar ingetrokken.
§ 3. De jeugdverenigingen tonen de naleving van de bovenstaande punten als volgt aan. De naleving van punt 1 wordt door de jeugddienst opgevolgd. Wanneer er klachten worden ontvangen, wordt hierover gecommuniceerd met de betrokken jeugdvereniging. Er wordt een datum vastgelegd waarop de vastgestelde tekortkomingen in orde moeten zijn, waarna een controle plaatsvindt door de jeugddienst. Indien bij een plaatsbezoek spontaan wordt vastgesteld dat het lokaal niet in orde is, wordt dezelfde werkwijze gevolgd. Voor punt 2 bezorgt de vereniging voorbeelden van de ondernomen acties en voegen ze bewijsstukken toe, zoals bijvoorbeeld een factuur of rekening waaruit blijkt dat er duurzame keuzes werden gemaakt. Voor de beoordeling van punt 3 en punt 5 worden de ingevulde controlefiches toegevoegd. Punt 4 wordt aangetoond door het bezorgen van de contactgegevens van de ouderbegeleiding, samen met een overzicht van de taken en ondersteuning die deze ouderbegeleiding biedt aan de jeugdvereniging.
Artikel 11:
Het college van burgemeester en schepenen gaat over tot de uitbetaling van de onderhoudssubsidie aan de Ranstse erkende jeugdverenigingen. Dit binnen de perken van het budget.
TITEL 4: Kampvervoer
Artikel 12: definities
Voor de toepassing van dit reglement gelden volgende definities:
- de vereniging: elke vereniging van Ranst die erkend is conform de bepalingen van het reglement ter erkenningen van verenigingen met een jeugdwerking, inclusief jeugdverenigingen
- vervoerssubsidie: een gemeentelijke subsidie om onkosten van vervoer van materiaal, die verband houden met de organisatie van het kamp, te vergoeden;
Artikel 13: vervoersubsidies
§1. Binnen de perken van het jaarlijks in het gemeentelijk exploitatiebudget voorziene krediet, hebben de verenigingen die een kamp organiseren, recht op vervoerssubsidies.
§2. Het jaarlijks in het gemeentelijke exploitatiebudget voorziene budget voor vervoerssubsidies wordt benut voor de terugbetaling van de effectieve factuurbedragen van de aanvragen, en dit voor zover het voorziene budget dit toelaat. De terugbetaling gebeurt maximaal tot het bedrag vermeld in de goedgekeurde offerte. Indien één of meerdere facturen hoger blijken te zijn dan de ingediende offertes, wordt na ontvangst van alle facturen nagegaan of de totale terugbetaling nog binnen het beschikbare budget past. Indien het beschikbare budget echter niet volstaat, wordt het gedeelte dat de offertebedragen overschrijdt pro rata verdeeld over de verenigingen waarvan de factuur hoger uitviel dan de offerte. Indien reeds op basis van de ingediende offertes blijkt dat het totale budget wordt overschreden, wordt het volledige beschikbare budget pro rata verdeeld over alle erkende aanvragen.
§3. De kampplaats moet gelegen zijn binnen een geografische cirkel met Ranst als middelpunt en met een maximum straal van 450 kilometer.
§4. Het kamp moet een minimum duurtijd van vier dagen hebben.
Artikel 14: aanvraag procedure
§1. Een erkende jeugdvereniging of vereniging met jeugdwerking kan slechts één aanvraag indienen per kamp met een maximum van één aanvraag per kalenderjaar.
§2. De aanvraag moet uiterlijk 2 maanden voorafgaand aan het kamp van het lopende kalenderjaar worden ingediend bij de jeugddienst.
§3. Bij de aanvraag van een subsidie voor kampvervoer dienen de volgende gegevens gevoegd te worden:
tijdstip van het kamp
plaats van het kamp
duur van het kamp
offerte van het vervoer
§4. Minimaal één maand voorafgaand aan het kamp beslist het college van burgemeester en schepenen over de toekenning van de subsidie aan de hand van de offerte voor een rechtsgeldige aanvraag.
§5. Op expliciete vraag kan het college van burgemeester en schepenen na de goedkeuring van de aanvraag 50% van de subsidie uitkeren als voorschot.
§6. Het saldo wordt uitbetaald na voorlegging van de facturen van het vervoer. De uitgekeerde tussenkomst kan nooit groter zijn dan de werkelijk betaalde vervoerskosten.
Artikel 15:
Het college van burgemeester en schepenen is gemachtigd om alle onderzoeken in te stellen of te laten instellen om controle uit te oefenen op de aanvragen voor vervoersubsidie, waarvoor een subsidie toegekend is.
Het verstrekken van onvolledige of onjuiste gegevens kan aanleiding geven tot terugvordering door het gemeentebestuur van het geheel of een deel van de toegekende subsidie, of door uitsluiting van verdere subsidiëring.
Art. 2
§1. Dit reglement treedt in werking vanaf 1 januari 2026 en geldt tot 31 december 2031.
§2. Het subsidiereglement voor de jeugdverenigingen goedgekeurd op de gemeenteraad van 19 december 2022 wordt opgeheven vanaf 1 januari 2026.
Art. 3:
Dit reglement valt onder het algemeen bestuurlijk toezicht als bepaald in artikel 326-335 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.