Omschrijving:

De gemeenteraad keurt het aangepaste subsidiereglement jeugd goed

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

Op 16 december 2019 keurde de gemeenteraad het subsidiereglement jeugdverenigingen goed. Daarin werden verschillende subsidies voor de jeugd samengevoegd tot 1 reglement. In titel 1: werkingssubsidies voor jeugdverenigingen drongen zich een aantal wijzigingen op.

 

Juridisch kader:

Artikel 40, §3, 41, 2° en 23 en 286-288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast.

Deze reglementen hebben onder meer betrekking op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. Het vaststellen van andere gemeentelijke reglementen dan die over personeelsaangelegenheden, en het bepalen van straffen en administratieve sancties bij de overtreding van die reglementen kan niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd. De gemeenteraad is exclusief bevoegd voor de vaststelling van subsidiereglementen De burgemeester maakt de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad, van het college van burgemeester en schepenen en van de burgemeester.

De bekendmaking van de lijst van de besluiten, vermeld in artikel 285, en van de besluiten, vermeld in artikel 286, gebeurt binnen tien dagen nadat ze genomen zijn, met vermelding van de datum waarop ze via de webtoepassing worden bekendgemaakt. Voor de besluiten bevat de bekendmaking ook de datum waarop ze zijn aangenomen. De webtoepassing van de gemeente vermeldt de wijze waarop het publiek inzage kan krijgen in de besluiten die op de lijst zijn vermeld, en vermeldt ook de mogelijkheid om klacht in te dienen bij de toezichthoudende overheid, vermeld in artikel 326. Als de toezichthoudende overheid een besluit heeft vernietigd, wordt ook van die vernietiging melding gemaakt.

De reglementen en verordeningen, vermeld in artikel 286, § 1, 1° en 2°, en de reglementen, vermeld in artikel 286, § 2, 1° en 2°, treden in werking op de vijfde dag na de bekendmaking ervan, tenzij het anders bepaald is.

 

Adviezen:

In de vergadering van 28 november 2020 gaf de themaraad jeugd een positief advies over het voorstel van aanpassing van het subsidiereglement jeugd en in het bijzonder de aanpassingen onder titel 1 werkingssubsidie voor de jeugdverenigingen.

 

Bijkomende motivering:

Om het puntensysteem zoveel mogelijk te laten aansluiten bij de noden van de verenigingen stelt de jeugddienst voor om volgende aanpassingen door te voeren.

Volgende aanpassingen zijn van toepassing op artikel 3, subsidiëring jeugdbewegingen:

-          Het aantal punten in het jaar dat men vorming volgt wordt teruggebracht naar 3. Voorheen werden er 2 extra punten, bovenop de 2 punten voor begeleider zonder attest, voor uitgedeeld. Hierdoor kreeg een begeleider in het jaar dat hij vorming volgt eenzelfde aantal punten als een begeleider die reeds zijn attest heeft behaald.

-          Tot op heden krijgt een begeleider met een begeleidersattest 4 punten, hier is geen onderscheid welk attest dit is. De jeugddienst stelt voor om 4 punten toe te kennen aan begeleiders met een attest animator en 5 punten aan begeleiders met een attest hoofdanimator of instructeur.

-          Bijkomend wil de jeugddienst 2 punten toekennen voor begeleiders met een geldig EHBO-attest.

-          Voor begeleiders die een vorming volgden die niet leidt tot een brevet worden geen punten meer voorzien in de werkingssubsidie. De kosten hiervan kunnen wel gesubsidieerd worden via de bepalingen onder het hoofdstuk vorming.

-          3 punten voor het inschakelen van een deskundige buitenstaander worden geschrapt. Hier werd door de verengingen geen gebruik van gemaakt.

-          Acties om drempelverlagend te werken worden gestimuleerd. Deze willen we aanmoedigen door 3 punten toe te kennen per actie in plaats van 2.

 

Volgende aanpassingen zijn van toepassing op artikel 4, subsidiëring jeugdhuizen:

-          Bijkomende punten toekennen aan vaste vrijwilligers en leden van tapgroepen. 1 punt per vrijwilliger.

-          Het aantal punten in het jaar dat men vorming volgt wordt teruggebracht naar 3. Voorheen werden er 2 extra punten, bovenop de 2 punten voor begeleider zonder attest, voor uitgedeeld. Hierdoor kreeg een begeleider in het jaar dat hij vorming volgt eenzelfde aantal punten als een begeleider die reeds zijn attest heeft behaald. Verder wordt er voor de jeugdhuizen geen onderscheid gemaakt tussen attest animator, hoofdanimator of instructeur. Dit omdat de begeleidende rol in een jeugdhuis minder van toepassing is dan in een jeugdbeweging.

-          Het toekennen van punten voor openingsuren zal worden berekend op basis van de openingsuren in een standaard week in plaats van het aantal openingsdagen op jaarbasis.

-          Ook hier worden acties om drempelverlagend te werken gestimuleerd. Deze willen we aanmoedigen door 3 punten toe te kennen per actie in plaats van 2.

 

Bijlage:

Verslag jeugdraad

 

Besluit met eenparigheid van stemmen:

Art. 1:

Het besluit van de gemeenteraad van 19 december 2019 houdende de goedkeuring van het subsidiereglement voor de jeugdverenigingen wordt vanaf 1 januari 2021 opgeheven en vervangen door onderstaande bepalingen.

 

Art. 2

De gemeenteraad keurt het reglement subsidie voor de jeugd goed als volgt. Dit reglement treedt in werking vanaf 1 januari 2021 en geldt tot 31 december 2025.

 

TITEL 1: Werkingssubsidie voor de jeugdverenigingen

 

Art. 1: algemeen

§1. Het college van burgemeester en schepenen gaat over tot de betoelaging van de erkende Ranstse jeugdverenigingen op basis van de toegekende puntentotalen en binnen de voorziene kredieten in het budget volgens de normen en voorwaarden die hierna worden vastgesteld.

§2. Het bedrag dat verdeeld wordt onder de jeugdhuizen, wordt bekomen door het begrote subsidiebedrag te delen door het aantal aanvaarde aanvragen en vervolgens het quotiënt te vermenigvuldigen met het aantal jeugdhuizen dat een aanvaarde subsidieaanvraag indiende. Het resterende bedrag wordt verdeeld onder de jeugdbewegingen.

 

Art. 2: definities

In dit reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis:

-          Lid van een jeugdvereniging:

Iemand wordt als lid van een jeugdvereniging beschouwd, wanneer hij opgenomen is in de verzekeringspolis van de vereniging en in de ledenlijst van de vereniging

-          Jeugdvereniging:
De overkoepelende benaming voor jeugdbewegingen en jeugdhuizen.

-          Jeugdbeweging:
Alle groeperingen die een aanbod aanreiken georganiseerd door en voor kinderen en  jongeren.

-          Jeugdhuis:
Locatie of organisatie die een ontmoetings-,  experimenteer- of ontspanningsruimte aanbiedt voor jongeren.

 

Art. 3: subsidiëring jeugdbewegingen

De toelagen worden verdeeld volgens een puntensysteem.

De punten worden toegekend per werkjaar van 1 september tot en met 31 augustus aan de hand van de volgende normen:

Basissubsidie (=1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdbewegingen):

Ledenaantal

 

Per lid

1 punt

Begeleiding

 

Per begeleider zonder attest begeleider

2 punten

Per begeleider in het jaar dat hij vorming volgde die leidt tot een attest begeleider

3 punten

Per begeleider met attest animator

4 punten

Per begeleider met een attest hoofdanimator of instructeur

5 punten

Per begeleider met een geldig EHBO-attest

2 punten extra

 

Aanvullende subsidie (=1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdbewegingen)

op basis van het aantal actieve weken per jaar: per werkjaar worden de weken opgeteld waarin een activiteit binnen de jeugdbeweging wordt georganiseerd.

 

Per actieve week

5 punten

Uitgave van een (digitaal) ledenblad (inclusief kampboekje)

Een exemplaar van al deze ledenbladen moeten aan het einde van het werkjaar aan de jeugddienst ter controle bezorgd worden. Hierna worden zij door de jeugddienst overgemaakt aan het gemeentelijke documentatiecentrum.

10 punten

Per actie om de drempel voor kansengroepen te verlagen

3 punten

Kamp: per deelnemend lid per kampdag

Enkel voor zomerkampen met een minimum duurtijd van 4 dagen en een maximum van 15 aaneensluitende dagen (voor- en nawacht op kamp zijn inbegrepen)

1 punt

 

 

Art. 4: subsidiëring jeugdhuizen

De toelagen worden verdeeld volgens een puntensysteem.

Subsidie voor begeleiding ( =1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdhuizen):

per vaste vrijwilliger/ lid van een tapgroep

1 punt

per lid van de raad van bestuur (geen attest - max. 15 personen)

2 punten

per lid van de Raad van Bestuur in het jaar dat hij een vorming volgt die leidt tot een attest

3 punten

per lid van de raad van bestuur met attest begeleider

4 punten

 

Aanvullende subsidie (=1/2 van het subsidiebedrag voor jeugdhuizen):

Per openingsuur op weekbasis

1 punt

Per activiteit van sociaal-culturele aard

10 punten

Per fuif in eigen organisatie

5 punten

Per deskundige buitenstaander (vb workshopbegeleider) per niet-commerciële activiteit waarbij hij betrokken is

3 punten

Uitgave van een (digitaal) ledenblad

Een exemplaar van al deze ledenbladen moeten aan het einde van het werkjaar aan de jeugddienst ter controle bezorgd worden. Hierna worden zij door de jeugddienst overgemaakt aan het gemeentelijke documentatiecentrum.

10 punten

Per actie om de drempel voor kansengroepen te verlagen

3 punten

 

TITEL 2: Subsidiereglement voor de vorming van de jeugd

 

Art. 5: definitie

§1. Vormingssubsidie wordt verleend aan jongeren die een vorming jeugdwerk volgen.

Deze subsidie kan wordt toegekend aan wie een vorming volgt die zich richt op het begeleiden van kinderen en jongeren en als dusdanig erkend is door de Vlaamse Gemeenschap als kadervorming. Vorming die georganiseerd wordt door een provinciebestuur is eveneens subsidieerbaar.

§2. Jongeren van 15 tot en met 25 jaar kunnen in aanmerking komen voor deze subsidie indien zij als begeleider betrokken zijn bij een Ranstse erkende jeugdvereniging of bij een jeugdwerking ingericht door het gemeentebestuur. Indien niet woonachtig in de gemeente mag er geen aanvraag tot terugbetaling zijn gedaan in de eigen gemeente.

 

Art. 6: vormingssubsidie

De vormingssubsidie bedraagt maximum 75% van het betaalde vormingsgeld.

De minimumkost voor een vorming om in aanmerking te komen voor een vormingssubsidie is € 25  met een plafond van € 125.

Wanneer de beschikbare kredieten ontoereikend zijn wordt het percentage (75%) verminderd voor alle begunstigden van het betrokken jaar, zodat ze evenredig verdeeld worden.

 

Art. 7: aanvraagprocedure

§1. De aanvragen tot het bekomen van de subsidie dienen ten laatste op 1 maart van het jaar volgend op het jaar dat de vorming is gevolgd, overgemaakt te worden aan de jeugddienst door middel van een kopie van het attest of van een bewijs van de inrichters van de gevolgde vorming. Hierop is eveneens het bedrag van het betaalde vormingsgeld vermeld, evenals de plaats en data, waarop de vorming heeft plaatsgevonden en het onderwerp van de vorming.

§2. Alle gevolgde vormingen van één jaar worden verzameld en na 1 maart van het jaar volgend op het vormingsjaar uitbetaald.

 

TITEL 3: Klimaatsubsidie voor jeugdverenigingen

 

Art. 8: definitie

De klimaatsubsidie is een financiële tegemoetkoming van het gemeentebestuur aan de erkende Ranstse jeugdverenigingen voor de door hen genomen klimaatmaatregelen.

 

Art. 9: klimaatsubsidie

§1. De subsidie wordt bepaald door het totale begrote bedrag te delen door het totaal aantal erkende jeugdverenigingen die in het voorgaande jaar het ondertekende klimaatcharter zoals overeengekomen uitgevoerd hebben.

Dit klimaatcharter bevat innoverende klimaatacties en wordt jaarlijks geëvalueerd door de jeugdverenigingen in overleg met de gemeentelijke milieu- en jeugddiensten.

§2. Als overgangsmaatregel worden de klimaatsubsidies in 2020 gelijkmatig verdeeld over de jeugdverenigingen die in 2020 het charter ondertekenden.

 

Art. 10:

Het college van burgemeester en schepenen gaat over tot de uitbetaling van de klimaatsubsidies aan de Ranstse erkende jeugdverenigingen. Dit binnen de perken van het budget.

 

TITEL 4: Kampvervoer

 

Art. 11: definities

Voor de toepassing van dit reglement gelden volgende definities:

-          de vereniging: elke vereniging van Ranst die erkend is conform de bepalingen van het reglement ter erkenningen van verenigingen met een jeugdwerking, inclusief jeugdverenigingen

-          vervoerssubsidie: een gemeentelijke subsidie om onkosten van vervoer van materiaal, die verband houden met de organisatie van het kamp, te vergoeden;

 

Art. 12: vervoersubsidies

§1. Binnen de perken van het jaarlijks in het gemeentelijk exploitatiebudget voorziene krediet, hebben de verenigingen die een kamp organiseren, recht op vervoerssubsidies.

§2. Het jaarlijks in het gemeentelijke exploitatiebudget voorziene budget wordt pro rata over het aantal erkende aanvragen voor vervoerssubsidies verdeeld.

§3. De kampplaats moet gelegen zijn binnen een geografische cirkel met Ranst als middelpunt en met een maximum straal van 450 kilometer.

§4. Het kamp moet een minimum duurtijd van vier dagen hebben.

 

Art. 13: aanvraag procedure

§1. Een erkende jeugdvereniging of vereniging met jeugdwerking kan slechts één aanvraag indienen per kamp met een maximum van 2 per kalenderjaar.

§2. De aanvraag moet uiterlijk 2 maanden voorafgaand aan het kamp van het lopende kalenderjaar worden ingediend bij de jeugddienst.

§3. Bij de aanvraag van een subsidie voor kampvervoer dienen de volgende gegevens gevoegd te worden:

-          tijdstip van het kamp

-          plaats van het kamp

-          duur van het kamp

-          offerte van het vervoer

§4. Minimaal één maand voorafgaand aan het kamp beslist het college van burgemeester en schepenen over de toekenning van de subsidie aan de hand van de offerte voor een rechtsgeldige aanvraag.

§5. Op expliciete vraag kan het college van burgemeester en schepenen na de goedkeuring van de aanvraag 50% van de subsidie uitkeren als voorschot.

§6. Het saldo wordt uitbetaald na voorlegging van de facturen van het vervoer. De uitgekeerde tussenkomst kan nooit groter zijn dan de werkelijk betaalde vervoerskosten.

 

Art. 14:

Het college van burgemeester en schepenen is gemachtigd om alle onderzoeken in te stellen of te laten instellen om controle uit te oefenen op de aanvragen voor vervoersubsidie, waarvoor een subsidie toegekend is.

Het verstrekken van onvolledige of onjuiste gegevens kan aanleiding geven tot terugvordering door het gemeentebestuur van het geheel of een deel van de toegekende subsidie, of door uitsluiting van verdere subsidiëring.

 

Art. 3:

Deze verordening valt onder het algemeen bestuurlijk toezicht als bepaald in artikel 326-335 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Disclaimer

Register der bekendmakingen

Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.

Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.