Zitting van Raad voor maatschappelijk welzijn van maandag 23 juni 2025 om 21:00.

 

Aanwezig:

Roel Vermeesch - voorzitter

Bart Goris - burgemeester

Katlijn Hofmans, Christel Engelen, Tim Peeters, Sonja De Pooter en Tine Muyshondt - schepenen

Luc Redig, Fernand Bossaerts, Johan De Ryck, Leen Baeten, Kevin Helsen, Guido Wittocx, Christel Meeus, Fons Huysmans, Jörg Welz, Annelies Creten, Zoe Helsen, Gunter Michiels, Kurt Stabel, Mieke Van Rompaey, Kris Wouters, Ludo Janssens, Kurt De Belder en Lucas Verbeeck - raadsleden

Wim Van der Schoot - algemeen directeur

 

De zitting wordt om  geopend.

Overzicht punten

Zitting van Raad voor maatschappelijk welzijn van maandag 23 juni 2025

 

 

1. Notulen en zittingsverslag vorige zitting - goedkeuring

 

Omschrijving:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 26 mei 2025 goed.

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

De raad voor maatschappelijk welzijn vergaderde op 26 mei 2025.

 

Juridisch kader:

Artikel 277 §1 en 278§1 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig artikel 277 en 278.

De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn worden, na goedkeuring, ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.

De notulen van de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden de notulen hoe elk lid gestemd heeft. Van die laatste verplichting kan worden afgeweken voor beslissingen die genomen zijn met unanimiteit.

Artikel 32 §1 en §2 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen.

Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk gemeenteraadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield.

De zittingsverslagen van de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn worden opgemaakt in de vorm van een audio opname van de openbare zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn

 

Bijlagen:

-          ontwerp van de notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 26 mei 2025, opgemaakt door de algemeen directeur

-          audio-opname van de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 26 mei 2025

 

Besluit met eenparigheid van stemmen:

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 26 mei 2025 goed.

Publicatiedatum: 18/09/2025
Overzicht punten

Zitting van Raad voor maatschappelijk welzijn van maandag 23 juni 2025

 

 

2. Organisatiebeheersing 2024 en 2025-2031 - kennisneming rapporten en goedkeuring kader - goedkeuring

 

Omschrijving:

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het rapport organisatiebeheersing en het klachtenoverzicht 2024, en keurt het kader organisatiebeheersing 2025-2031 goed.

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn van de gemeente Ranst keurden op 18 maart 2019 het huidige kader voor organisatiebeheersing goed. In dat kader wordt met name verwezen naar het eindrapport zelfevaluatie bestuurskracht (2016).

Ook uit het integratietraject gemeente-OCMW (2018-2019) werden best practices en aandachtspunten gedeeld en geselecteerd voor opname in het kader van organisatiebeheersing. Een andere belangrijke bron van verbeterpunten voor de organisatiebeheersing was tot slot ook het remediëringsplan uit de forensische audit van Audit Vlaanderen (2019).

Van het eerste tot het vorige, vijfde rapporteringsjaar, is er ingezet op 27 maatregelen om de organisatie dichter bij elkaar te brengen (integratie OCMW-gemeente), te professionaliseren (BBC), digitaliseren (met een extra boost van de pandemie), uit te breiden (veel nieuw talent). Bovendien werd organisatiebeheersing verankerd als onderdeel van het takenpakket van de functie interne en juridische zaken.  

In 2023 voerde Audit Vlaanderen een thema-audit gezinszorg uit bij OCMW Ranst, waarbij ook de aanpak van organisatiebeheersing door het lokaal bestuur onder de loep werd genomen. Op 19 februari 2024 namen de raden kennis van de eindrapporten.

Uit deze audit kwamen twee aanbevelingen voort over de aanpak van organisatiebeheersing in Ranst, namelijk het vastleggen van een adequaat kader en het organiseren van een zelfevaluatie:

-          Het kader voor organisatiebeheersing is “adequaat” als het minstens bepaalt welk model de organisatie zal hanteren om aan organisatiebeheersing te werken, hoe en met welke frequentie de organisatie stil wil staan bij haar werking (zelfevaluatie, externe doorlichting…), en hoe de algemeen directeur rapporteert aan de politieke organen.

-          Een volledige, organisatiebrede zelfevaluatie moet bovendien de belangrijkste risico’s identificeren die het bereiken van de doelstellingen van de organisatie in de weg kunnen staan.

In 2024 werd met het MAT en de stafdiensten een zelfevaluatie uitgevoerd, die nu als input dient voor een vernieuwd kader.

Tegelijk werd gewerkt aan het rapport organisatiebeheersing van 2024, dat ten laatste 30 juni 2025 moet voorgelegd worden aan de raden. 

En tot slot werkten de dienst communicatie en de transitiemanager zoals elk jaar hun overzicht klachten 2024 af. 

Voorgesteld aan de raad wordt om:

-          kennis te nemen van het rapport organisatiebeheersing 2024;

-          kennis te nemen van het klachtenoverzicht 2024;

-          het voorstel voor het kader organisatiebeheersing 2025-2031 goed te keuren.

 

Juridisch kader:

Artikel 78, lid 2, 8° van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

De raad voor maatschappelijk welzijn is bevoegd voor het goedkeuren van het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem, vermeld in artikel 219.

Artikel 217 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

Organisatiebeheersing is het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:

1° de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico's om deze te bereiken kent en beheerst;
2° wetgeving en procedures naleeft;

3° over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;

4° op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5° de activa beschermt en fraude voorkomt.

Art 218, lid 1 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

Het organisatiebeheersingssysteem bepaalt op welke wijze de organisatiebeheersing van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn wordt georganiseerd, met inbegrip van de te nemen controlemaatregelen, procedures en de aanwijzing van de personeelsleden en organen die ervoor verantwoordelijk zijn, en de rapporteringsverplichtingen van de personeelsleden die bij het organisatiebeheersingssysteem betrokken zijn.

Artikel 219 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

Het organisatiebeheersingssysteem wordt vastgesteld door de algemeen directeur, na overleg met het managementteam. Het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem en de elementen daarin die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.

De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.

Artikel 303, §3 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan de raden over de ingediende klachten.

 

Bijlagen:

-          Kader organisatiebeheersing 2025-2030

-          Rapport organisatiebeheersing 2024

-          Overzicht klachten 2024

 

Besluit:

Art 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het rapport organisatiebeheersing 2024.

 

Art 2:

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het klachtenoverzicht 2024.

 

Art. 3:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het kader organisatiebeheersing 2025-2031 goed.

Publicatiedatum: 18/09/2025
Punt bijlagen/links Klachtenrapport 2024.pdf Download
Kader organisatiebeheersing 2025-2031.pdf Download
Jaarrapport organisatiebeheersing 2024.pdf Download
Overzicht punten

Zitting van Raad voor maatschappelijk welzijn van maandag 23 juni 2025

 

 

3. Samenwerkingsovereenkomst juridische ondersteuning KINA - uitbreiding - goedkeuring

 

Omschrijving:

Samenwerkingsovereenkomst juridische ondersteuning KINA - goedkeuring

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

Zorg en welzijn had jarenlang een juriste in dienst (0,5 VTE) als ondersteuning voor de dienst schuldbemiddeling. Na haar ontslag in oktober 2024 ging zorg en welzijn op zoek naar een structurele oplossing om de continuïteit van deze dienstverlening te kunnen blijven garanderen. Zorg en welzijn besloot een samenwerking aan te gaan met KINA. De samenwerking houdt in dat er wekelijks één dag een jurist aanwezig is bij het OCMW om de dienst schuldbemiddeling te ondersteunen. Het vast bureau keurde het projectplan juridische ondersteuning van KINA goed, met ingang van 1 december 2024 voor de duur van één jaar, met de mogelijkheid om deze na afloop te evalueren en eventueel te verlengen.

 

Juridisch kader:

Artikel 57 § 1 van de wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van 8 juli 1976. Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn heeft tot taak aan personen en gezinnen de dienstverlening te verzekeren waartoe de gemeenschap gehouden is. Het verzekert niet alleen lenigende of curatieve doch ook preventieve hulp.

Artikel 2, § 1 en 3, artikel 78 en artikel 84, § 1 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

De gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn beogen om op het lokale niveau duurzaam bij te dragen aan het welzijn van de burgers. De openbare centra voor maatschappelijk welzijn oefenen de opdrachten, vermeld in artikel 1 en 57 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, uit, alsook de andere aangelegenheden die hen door of krachtens een wet of een decreet worden opgelegd.

Artikel 31, van de wetgeving overheidsopdrachten van 17 juni 2016 inzake niet-geïnstitutionaliseerde horizontale samenwerking

Een opdracht die uitsluitend tussen twee of meer aanbestedende overheden wordt gesloten, valt buiten het toepassingsgebied van deze wet (wanneer er voldaan wordt aan 3 voorwaarden).

 

Bijkomende motivering:

De dienst schuldbemiddeling van het OCMW speelt een cruciale rol in het begeleiden van financieel kwetsbare burgers bij het oplossen van hun schuldenproblematiek. Binnen deze begeleiding is juridische ondersteuning onmisbaar omwille van de complexiteit van schulden en wetgeving en toenemende juridisering van dossiers. Er is een grondige kennis vereist van uiteenlopende regelgeving (de wet op collectieve schuldenregeling, de wet op consumentenkrediet, faillissementsrecht,...). Een jurist is noodzakelijk om correcte juridische interpretaties te maken, de maatschappelijk assistenten bij te staan bij moeilijke dossiers en cliënten goed geïnformeerd te adviseren over hun rechten en plichten. Daarnaast kan een jurist een verzoekschrift opstellen aan de arbeidsrechtbank om toegelaten te worden tot een collectieve schuldenregeling. Deze taak wordt momenteel uitbesteed wegens tijdsgebrek.

Op dit ogenblik heeft het OCMW 6 collectieve schuldenregelingen waarvoor we zelf werden aangesteld als schuldbemiddelaar. We besluiten om geen nieuwe interne collectieve schuldenregelingen meer op te starten wegens tijdsgebrek. Na evaluatie merken we dat de jurist gedurende 1 dag per week zijn taken als schuldbemiddelaar onvoldoende kan opnemen. De jurist neemt ook actief deel aan de verkennende gesprekken om te bepalen welke vorm van schuldhulpverlening het meest is aangewezen. Samen met de maatschappelijk assistent wordt besproken op welke manier de cliënt het best ondersteund kan worden. In de voormiddag worden gesprekken met cliënten ingepland, de namiddag wordt voorzien voor administratie en overleg. In de praktijk merken we echter dat deze tijd te beperkt is. Voordien kon de dienst beroep doen op een juriste gedurende 2,5 dag per week. Sinds december 2024 is de jurist slechts 1 dag per week aanwezig. Na grondige evaluatie blijkt de huidige inzet van één dag per week onvoldoende om aan de groeiende noden en juridische complexiteit te voldoen. Daarom stelt zorg en welzijn voor om de uren van de jurist uit te breiden met een extra halve dag per week en dit vanaf 1 juli 2025. Dit maakt dat de jurist 1,5 dag per week aanwezig zal zijn vanaf 1 juli 2025. Aangezien hij ook werkzaam is op andere besturen, is meer uitbreiding momenteel niet mogelijk. Deze investering verhoogt niet alleen de juridische slagkracht van de dienst schuldbemiddeling maar garandeert ook een betere dienstverlening aan de meest kwetsbare burgers in onze gemeente.

 

Financiële gevolgen:

De financiering van het project gebeurt op basis van een basisforfait van € 13.000 per jaar voor een halve dag per week. Dit tarief wordt jaarlijks geïndexeerd door middel van een vergelijking van het indexcijfer van mei 2024 (gezondheidsindex basis=2013) met het indexcijfer van december van het voorgaande jaar. De jurist zal 1,5 dag per week aanwezig zijn. Op jaarbasis is dat € 39.000 (= € 13.000 x 3).

De overeenkomst gaat in op 1 juli 2025 en geldt voor een minimumduur van één (1) jaar. Na het eerste jaar wordt de overeenkomst automatisch jaarlijks verlengd, behoudens schriftelijke opzegging door één van de partijen minstens drie maanden voor het einde van het lopende jaar. Zorg en welzijn stelt een overeenkomst voor onbepaalde duur voor, waarbij de jurist van KINA gedurende 1,5 dag per week prestaties levert binnen de sociale dienst van het OCMW. Als de samenwerking niet goed loopt, kan de overeenkomst steeds stopgezet worden.

 

Omschrijving:

Juridische ondersteuning KINA

Actie:

Materiële en financiële steun aan kwetsbare groepen

Ramingnummer:

RA 000923

Bedrag:

€ 39.000 per jaar (excl. indexatie)

Visumnummer:

2025 26

 

Bijlagen:

Projectplan juridische ondersteuning KINA

2025.07.01 Addendum - Projectplan juridische ondersteuning KINA

 

Besluit met eenparigheid van stemmen:

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om een samenwerkingsovereenkomst aan te gaan met KINA voor juridische ondersteuning volgens de modaliteiten die zijn opgenomen in het projectplan en het addendum die beiden integraal deel uitmaken van deze beslissing en dit vanaf 1 juli 2025.

Publicatiedatum: 18/09/2025
Overzicht punten

Zitting van Raad voor maatschappelijk welzijn van maandag 23 juni 2025

 

 

4. Samenwerkingsovereenkomst woonbegeleiding CAW - goedkeuring

 

Omschrijving:

Samenwerkingsovereenkomst woonbegeleiding CAW - goedkeuring

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

Op 1 maart 2022 ging zorg en welzijn een samenwerking aan met CAW Boom-Mechelen-Lier voor het aanbieden van woonbegeleiding. Deze samenwerking kende aanvankelijk een vlotte start dankzij de inzet van een gemotiveerde en daadkrachtige woonbegeleider. Na het vertrek van deze medewerker kende het project een periode van veel personeelswissels, waardoor de continuïteit en kwaliteit van de hulpverlening niet langer gegarandeerd konden worden. Om die reden besliste het vast bureau op 7 maart 2024 om de samenwerking met CAW Boom-Mechelen-Lier stop te zetten. Aangezien woonbegeleiding een blijvende noodzaak is, onderzocht zorg en welzijn de mogelijkheid om intern een eigen woonbegeleider aan te stellen. Na grondige evaluatie bleek dit in de praktijk echter niet haalbaar, waardoor we genoodzaakt zijn om van dit plan af te zien.

 

Juridisch kader:

Artikel 57, § 1 van de organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van 8 juli 1976. Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn heeft tot taak aan personen en gezinnen de dienstverlening te verzekeren waartoe de gemeenschap gehouden is. Het verzekert niet alleen lenigende of curatieve doch ook preventieve hulp.

Artikel 2, § 1 en 3, artikel 78 en artikel 84, § 1 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017. De gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn beogen om op het lokale niveau duurzaam bij te dragen aan het welzijn van de burgers. De openbare centra voor maatschappelijk welzijn oefenen de opdrachten, vermeld in artikel 1 en 57 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, uit, alsook de andere aangelegenheden die hen door of krachtens een wet of een decreet worden opgelegd.

Artikel 31, van de wetgeving overheidsopdrachten van 17 juni 2016 in zake niet- geïnstitutionaliseerde horizontale samenwerking tussen twee aanbestede. Een opdracht die uitsluitend tussen twee of meer aanbestedende overheden wordt gesloten, valt buiten het toepassingsgebied van deze wet (wanneer er voldaan wordt aan 3 voorwaarden).

 

Bijkomende motivering:

Woonbegeleiding is een essentieel instrument om burgers met een kwetsbare woonsituatie te ondersteunen in het behouden of realiseren van duurzame en kwalitatieve huisvesting. Het betreft onder meer personen of gezinnen die geconfronteerd worden met onstabiele woonomstandigheden, dreigende uithuiszetting, complexe administratieve situaties, gebrek aan woonvaardigheden of nood aan ondersteuning bij zelfstandig wonen. Via woonbegeleiding kunnen we o.a. preventief optreden tegen dak- en thuisloosheid, de woonzekerheid van cliënten verhogen, begeleiding bieden bij het zoeken naar en behouden van een woning, ondersteunen bij het op orde brengen van administratie, budget en praktische woonaspecten, bemiddelen bij burenconflicten en de maatschappelijke integratie bevorderen.

Als eerstelijnsactor beschikt het OCMW over een breed takenpakket en een belangrijke signaalfunctie in het detecteren van woonproblematieken. De toenemende complexiteit van deze situaties en de hoge begeleidingsnood bij kwetsbare cliënten overstijgen echter de structurele capaciteit en gespecialiseerde expertise die binnen onze organisatie beschikbaar zijn. Woonbegeleiding vereist in veel gevallen een intensieve, langdurige en multidisciplinaire aanpak, waarbij nabijheid, continuïteit en specifieke woonexpertise essentieel zijn. Binnen het geheel van de opdrachten van het OCMW kunnen wij deze intensiteit en gespecialiseerde ondersteuning momenteel niet zelf aanbieden op een duurzame manier.

Aangezien Ranst intussen deel uitmaakt van een andere regio – met name de regio Voorkempen – werden er reeds verkennende gesprekken gevoerd met CAW Antwerpen. Een samenwerking met het CAW laat ons toe om onze maatschappelijke opdracht te versterken, door gericht door te verwijzen en samen te werken met een actor die instaat voor de effectieve uitvoering van het woonbegeleidingstraject. Op deze manier combineren we de nabijheid van het OCMW met de gespecialiseerde aanpak van het CAW, en kunnen we tegemoetkomen aan de noden van cliënten zonder afbreuk te doen aan onze andere kernopdrachten. In dit kader stellen we een samenwerkingsovereenkomst met CAW Antwerpen voor.

Het doel van de samenwerking is het realiseren van 8 simultane woonbegeleidingstrajecten, met de inzet van 0,5 VTE woonbegeleiding via CAW Antwerpen. Er zijn twee formules voor het inkopen van ambulante woonbegeleiding: bijdrage in de personeelskost en bijdrage per begeleiding. De eerste formule: de totale loonkost voor 1 VTE met 10 jaar anciënniteit (barema B1C, PC 319.01) bedraagt € 91.214,85 per jaar. Voor 0,5 VTE komt dit neer op € 45.607,43 op jaarbasis (excl. indexatie). Dit bedrag omvat loonkosten, werkingskosten en overhead. CAW Antwerpen factureert dit bedrag jaarlijks aan OCMW Ranst. Voor de cliënt is de begeleiding kosteloos. Een bijdrage per begeleiding zou neerkomen op € 507 X 8 = € 4.056 per maand; op jaarbasis is dit € 48.672,00 (excl. indexatie). Zorg en welzijn opteert bijgevolg voor de eerste formule.

Gezien de eerdere samenwerking voor woonbegeleiding met CAW Boom-Mechelen-Lier, werd hiervoor budget voorzien (voor 2025 is dit € 39.400 en voor 2026 is dit € 40.000). Het budget wordt bijgesteld en voorzien in het meerjarenplan 2026-2031.

De overeenkomst gaat in op 1 juli 2025 en geldt voor een minimumduur van één (1) jaar. Na het eerste jaar wordt de overeenkomst automatisch jaarlijks verlengd, behoudens schriftelijke opzegging door één van de partijen minstens drie maanden voor het einde van het lopende jaar. Zorg en welzijn stelt een overeenkomst voor onbepaalde duur voor. Als de samenwerking niet goed loopt, kan de overeenkomst steeds stopgezet worden.

 

Financiële gevolgen:

 

Omschrijving:

CAW Antwerpen samenwerkingsovereenkomst

Actie:

Materiële en financiële steun aan kwetsbare groepen

Ramingnummer:

RA001492

Bedrag:

€ 45.607,43 per jaar (excl. indexatie)

Visumnummer:

2025/4

 

Bijlagen:

-          Samenwerkingsovereenkomst woonbegeleiding CAW Antwerpen

-          Portfolio woonbegeleiding CAW Antwerpen

 

Besluit met eenparigheid van stemmen:

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn besluit om de samenwerkingsovereenkomst voor woonbegeleiding goed te keuren met CAW Antwerpen volgens de modaliteiten die zijn opgenomen in de overeenkomst en het portfolio die beiden integraal deel uitmaken van deze beslissing en dit vanaf 1 juli 2025.

Publicatiedatum: 18/09/2025
Overzicht punten

Zitting van Raad voor maatschappelijk welzijn van maandag 23 juni 2025

 

 

5. Gebruikersovereenkomst poetsdienst dienstencheques - goedkeuring

 

Omschrijving:

Goedkeuring gebruikersovereenkomst dienstenchequeonderneming

 

Motivering:

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context:

De dienstenchequeonderneming ging van start in oktober 2008.

De laatste versie van het huishoudelijk reglement werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 1 oktober 2018.

De arbeidsinspectie voerde in 2022 een strikte inspectie uit naar de arbeidsomstandigheden binnen de dienstenchequesector. De federale overheid volgt nauwgezet op of de sector van de dienstencheques voldoende inspanningen levert om de veiligheid en het welzijn van de medewerkers te garanderen.

In mei 2024 keurde de Vlaamse regering het wijzigingsbesluit goed om het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques aan te passen met een aantal extra verplichtingen om de klanten te informeren.

Het huishoudelijk reglement dient te worden aangepast aan deze nieuwe wetgeving.

 

Juridisch kader:

Koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques

Artikel 77 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de reglementen vast van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Die kunnen betrekking hebben op het beleid, de retributies en het inwendige bestuur van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

Besluit van de Vlaamse Regering van 31 mei 2024 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, wat betreft de informatieverplichting ten aanzien van de nieuwe gebruikers

In dit besluit worden de voorwaarden bepaald die de erkende dienstencheque-ondernemingen moeten naleven als de huishoudhulp prestaties verricht bij de gebruiker thuis. Dienstencheque-ondernemingen moeten in die gevallen nieuwe gebruikers informeren over de geldende regels van de dienstenchequereglementering en de verplichtingen die voortvloeien uit de welzijnsreglementering. Op die manier kunnen de werknemers in goede arbeidsomstandigheden werken en wordt de blootstelling aan bepaalde risico’s en onveilige situaties beperkt.

 

Bijkomende motivering:

Door de arbeidsinspectie is vastgesteld dat bij gebruikers thuis enkele elementaire verplichtingen van de dienstenchequeregelgeving en reglementaire bepalingen over welzijn op het werk niet altijd even goed worden nageleefd. In het besluit van de Vlaamse Regering van 31 mei 2024 worden daarom de voorwaarden bepaald die de erkende dienstencheque-ondernemingen moeten naleven als de huishoudhulp prestaties verricht bij de gebruiker thuis. Dienstencheque-ondernemingen moeten nieuwe gebruikers informeren over de geldende regels van de dienstenchequereglementering en de verplichtingen die voortvloeien uit de welzijnsreglementering. Op die manier kunnen de werknemers in goede  arbeidsomstandigheden werken en wordt de blootstelling aan bepaalde risico’s en

onveilige situaties beperkt.

In de nieuwe regelgeving wordt aan de erkende onderneming de verplichting opgelegd om een schriftelijk document op te stellen, als de activiteiten worden uitgevoerd in de woonplaats van de gebruiker. De erkende onderneming en de gebruiker ontvangen hiervan elk een ondertekend exemplaar. In het besluit wordt vermeld welke elementen het schriftelijk document minstens moet bevatten.

De sociale dienst vormde het huishoudelijk reglement om tot een gebruikersovereenkomst die aan deze nieuwe regelgeving voldoet. Bij deze gebruikersovereenkomst horen ook de checklist veiligheid en omgevingsanalyse en de materiaal- en productenlijst.

 

Bijlagen:

-          Gebruikersovereenkomst dienstencheques

-          Checklist veiligheid en omgevingsanalyse

-          Materiaal- en productenlijst poetsdienst

 

Besluit met eenparigheid van stemmen:

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de gebruikersovereenkomst, de checklist veiligheid en omgevingsanalyse en de materiaal- en productenlijst van de dienstenchequeonderneming goed.

Publicatiedatum: 18/09/2025
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.